This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
Hoofdstuk 3, paragraaf 1 en 2
Slide 1 - Slide
De werkgelegenheid beweegt in dezelfde richting als het bbp. Werkgelegenheid is daarom een
A
procyclische variabele
B
anticyclische variabele
C
procyclisch beleid
D
anticyclisch beleid
Slide 2 - Quiz
Faillissementen onder bedrijven is een voorbeeld van een
A
Procyclische variabele
B
Anticyclische variabele
C
Procyclisch beleid
D
Anticyclisch beleid
Slide 3 - Quiz
De werkloosheid is een voorbeeld van
A
Procyclische variabele
B
Anticyclische variabele
C
Procyclisch beleid
D
Anticyclisch beleid
Slide 4 - Quiz
Anticyclisch beleid
Anticyclisch begrotingsbeleid: De overheid probeert met veranderingen in de uitgaven of veranderingen in de hoogte van de belastingen de conjunctuurgolven te dempen.
Hoogconjunctuur: afremmen (O omlaag, b omhoog)
Laagconjunctuur: gas geven (O omhoog, b omlaag)
Gevolgen overheidssaldo??
Slide 5 - Slide
Wanneer de overheid de belastingen verhoogt tijdens een laagconjunctuur is er sprake van ...
A
Procyclische variabele
B
Anticyclische variabele
C
Procyclisch beleid
D
Anticyclisch beleid
Slide 6 - Quiz
Wanneer de overheid de overheidsuitgaven verhoogt in tijden van laagconjunctuur is er sprake van..
A
procyclische variabele
B
anticyclische variabele
C
procyclisch beleid
D
anticyclisch beleid
Slide 7 - Quiz
Wanneer de overheid de economie stimuleert met extra uitgaven, zal een deel van deze investeringen bij de overheid terug komen via de belastingen, dit noem je het
A
Inverdieneffect
B
Uitverdieneffect
Slide 8 - Quiz
Internationale concurrentiepositie
Hoe zijn bedrijven in staat te concurreren met buitenland?
Versterken door:
- Loonmatiging (lonen stijgen minder hard: productie wordt relatief goedkoper
- Investeren in Arbeidsproductiviteit (dan wordt produceren dus relatief goedkoper.. Productie groeit sneller dan inkomen)
Goed voor de internationale concurrentiepositie: Export stijgt
Slide 9 - Slide
Automatische stabilisatoren
2 redenen waarom de overheid automatisch anti-cyclisch beleid voert in Nederland:
- Uitkeringen
- Progressieve belastingen
Slide 10 - Slide
Uitkeringen
Tijdens laagconjunctuur zou de vraag heel laag zijn
Door uitkeringen blijven mensen tóch nog iets besteden
De vraag valt dus niet helemaal weg, waardoor de conjunctuur iets hoger wordt. = Automatische stabilisator
Slide 11 - Slide
Progressieve belastingen
Hoe hoger het inkomen, hoe meer % belasting (Schijven)
Tijdens hoogconjunctuur stijgen de lonen. Mensen betalen dus meer belasting --> Consumptiegroei wordt hierdoor beperkt. Hoogconjunctuur wordt minder hoog. (En andersom)