Landstede Groep
‹Return to search

#9 6.3 krachten

6.3 Krachten
1 / 19
next
Slide 1: Slide
NatuurkundeMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 4

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

6.3 Krachten

Slide 1 - Slide

Energieverbruik berekenen
Zwaartekracht=massa⋅10
F​z=​​m⋅10

Slide 2 - Slide

Krachten meten
Krachten meet je met een krachtmeter.
In een krachtmeter zit een veer. 

Elke krachtmeter heeft een ander meetbereik.
Het meetbereik hangt af van de stugheid 
van de veer. 

Slide 3 - Slide

Leerdoelen / Onderwerpen
  • Ik kan een vaste katrol herkennen
  • Ik kan een losse katrol herkennen
  • Ik kan het verschil uitleggen tussen een vaste en losse katrol
  • Ik kan uitleggen wat een takel is
  • Ik kan uitrekenen hoeveel kracht nodig is wanneer gebruik wordt gemaakt van 1 of meer katrollen.

Slide 4 - Slide

Proef katrollen
  • statief
  • klem met haak
  • katrol (2x)
  • massa 200g
  • touw
  • veerunster 2N

Slide 5 - Slide

Proef katrollen

Slide 6 - Slide

Doen:
proef katrollen

Maken (BB)
paragraaf 6.3
maken 17, 18, 19

Daarna inloggen in LessonUp
timer
10:00
Zelfstandig werken.
Heb je vragen? Check je boek eerst.
Na de timer bespreken we vragen.
timer
15:00

Slide 7 - Slide

Werking van katrollen

Slide 8 - Slide

Wat doet een vaste katrol?
A
die verandert de richting van de trekkracht
B
die halveert de nodige trekkracht
C
die verandert de richting en halveert de kracht

Slide 9 - Quiz

Dit is een takel
A
waar
B
niet waar

Slide 10 - Quiz

De last heeft een zwaartekracht van 400 N.

Hoeveel trekkracht moet je leveren om de last te tillen?
A
100 N
B
200 N
C
300 N
D
400 N

Slide 11 - Quiz

Je haalt 1 meter touw binnen.

Hoeveel meter stijgt de last?
A
0,5 m
B
1 m
C
2 m
D
de last stijgt niet

Slide 12 - Quiz

Hoeveel touw moet je binnenhalen om de last 2 meter te laten stijgen?
A
0,5 m
B
1,0 m
C
2,0 m
D
4,0 ,m

Slide 13 - Quiz

Hoeveel touw moet je binnenhalen om de last 2 meter te laten stijgen?
A
0,5 m
B
1,0 m
C
2,0 m
D
4,0 ,m

Slide 14 - Quiz

Dit is een takel
A
waar
B
niet waar

Slide 15 - Quiz

de doelen waren:
Ik kan een vaste katrol herkennen
Ik kan een losse katrol herkennen
Ik kan het verschil uitleggen tussen een vaste en losse katrol
Ik kan uitleggen wat een takel is
Ik kan uitrekenen hoeveel kracht nodig is wanneer gebruik wordt gemaakt van 1 of meer katrollen.
Zijn deze doelen voor jou gehaald, of heb je nog ergens uitleg over nodig?

Slide 16 - Open question

Huiswerk
Maken in de les:
Maken t/m 17, 18, 19

Wat niet af is maak je thuis verder af

Slide 17 - Slide

Een VW up heeft een massa van 891 kg.
Wat is de zwaartekracht op de Up?
A
m = 891 kg
B
m = 8 910 kg
C
F = 891 N
D
F = 8 910 N

Slide 18 - Quiz

Een pot pindakaas heeft een massa van 800 g.
Bereken de zwaartekracht op de pot.

Slide 19 - Open question