This lesson contains 11 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 60 min
Items in this lesson
3.6 Mendel
Grondlegger erfelijkheidsleer.
Slide 1 - Slide
DOELSTELLINGEN
Je kunt het stappenplan voor een kruisingsvraagstuk uitvoeren bij mono-, di- en polyhybride kruisingen en conclusies trekken over P,F1,F2 generaties
Slide 2 - Slide
Kk: kuif, kk: geen kuif, KK: dood 2 kuifkanaries worden gekruist. Bereken de kans dat hun twee kuikens beide een kuif hebben.
Slide 3 - Open question
Keuze
Ik had de checkvraag goed en vond het huiswerk tot nu toe best makkelijk.
-> Doe je oordopjes in en ga zelfstandig in stilte verder met 3.6 en 3.7
Anders maak je aantekeningen bij de uitleg over dihybride kruisingen
Slide 4 - Slide
Dihybride
B: zwart, b: geen zwart
R: rood, r: geen rood
Homozygoot zwarte slang x
Homozygoot rode slang
Genotypen en fenotypen in F2?
Slide 5 - Slide
Stappen
1 Genotypen ouders (diploid!)
2 Mogelijke gameten
3 Punnett schema
4 Kansen berekenen
neem aantekeningen over
Slide 6 - Slide
Slide 7 - Slide
Optie 2
Werk een monohybride kruising uit voor Zwart
Werk een monohybride kruising uit voor oranje
Vermenigvuldig de kansen
Slide 8 - Slide
kroonbladeren van een bloem P: langwerpig, wit en niet ingesneden x breed, rood , diep ingesneden F1: 100% ovaal, rose en ondiep ingesneden zijn.
Van welk percentage van de F2 kan met zekerheid het genotype voor alle betrokken kenmerken worden vastgesteld?
A
100
B
75
C
50
D
6.25
Slide 9 - Quiz
kleurloze grondstof -------1------> gele kleurstof -------2------> blauwe kleurstof allel E: kan enzym 1 maken, allel F: kan enzym 2 maken
twee blauwe druivenplanten kruisen onderling. De F1 bestaat bestaat uit zowel planten die blauwe druiven maken als planten die gele druiven maken. Van welke kruising is dit het resultaat?
A
EeFF x EeFF
B
eeFF x EEFF
C
EEFf x EEFf
D
EEFf x EeFF
Slide 10 - Quiz
Kun je nu di- hybride kruisingsvraagstukken oplossen?