Landstede Groep

3.4 Oppervlakte Ruit en Vlieger & 3.5 Oppervlaktematen

Welkom bij wiskunde! 
1 / 18
next
Slide 1: Slide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo k, g, t, mavoLeerjaar 2

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Welkom bij wiskunde! 

Slide 1 - Slide

Programma van de les
Terugblik paragraaf 3.2 & 3.3
Lesdoelen
Uitleg paragraaf 4  & paragraaf 5
Aan het werk
Lesafsluiting 

Slide 2 - Slide

Wat is de oppervlakte van dit parallellogram?
A
64cm²
B
56cm²
C
56cm
D
64cm

Slide 3 - Quiz

Oppervlakte driehoek GHI is?
A
520
B
546
C
504
D
480

Slide 4 - Quiz

Wat is de oppervlakte van deze driehoek?
A
0,5 x 21 x 29 = 304,5 mm^2
B
0,5 x 47 x 21 = 493,5 mm^2
C
21 x 29 = 609 mm^2
D
29 x 47 = 1363 mm^2

Slide 5 - Quiz

Sleep de stappen van het inlijsten in de juiste volgorde!
Teken een rechthoek om het figuur en nummer de oppervlakten die niet bij het figuur horen
Bereken de oppervlakte van de rechthoek.
Bereken de oppervlakte van de gegeven figuur. Trek de oppervlakte van de genummerde oppervlakte af van de oppervlakte van de rechthoek.
Bereken de oppervlakte van de genummerde oppervlakten en tel ze bij elkaar op.

Slide 6 - Drag question

opp = 

lengte x breedte
opp = 

(zijde x hoogte) : 2
inlijsten
opp = 

zijde x hoogte

Slide 7 - Drag question

Hoe bereken je de oppervlakte
met inlijsten?

A
driehoek 1 +driehoek 2 +driehoek 3
B
lengte x hoogte : 2
C
opp. rechthoek - oppervlaktes van de driehoeken
D
lengte x breedte

Slide 8 - Quiz

Wat is de oppervlakte in cm2? (inlijsten)
A
15 cm2
B
8 cm2
C
7 cm2
D
6 cm2

Slide 9 - Quiz

Doelen van de les
- De leerling kan de oppervlakte van een vlieger of ruit of trapezium uitrekenen 
  • Je kan een ruit, vlieger of trapezium herkennen. 
- De leerling kan werken met verschillende oppervlaktematen. 
  • Je kent de de oppervlaktematen "vierkante-"
  • Je kent de grondoppervlaktematen "-are"

Slide 10 - Slide

Paragraaf 3.4
Naast de vierhoeken die we dit hoofdstuk al geleerd hebben zijn er nog meer:

Slide 11 - Slide

Paragraaf 3.4
De oppervlakte van deze vierhoeken bereken je als volgt:
Verdeel de figuur in driehoeken die je kunt uitrekenen. En tel dan deze driehoeken bij elkaar op tot je de oppervlakte hebt.

Slide 12 - Slide

oppervlakten vlakke figuren
Vierkant en Rechthoek oppervlakte = lengte x breedte
Parallellogram oppervlakte = zijde x bijbehorende hoogte
Driehoek oppervlakte = 0,5 x zijde x bijbehorende hoogte
Ruit en vlieger oppervlakte = oppervlakte 2 gelijke driehoeken x 2
leer deze uit je hoofd!

Slide 13 - Slide

Paragraaf 3.5
Alle oppervlakte maten zijn altijd "vierkante" maten. 





Als het gaat om grondoppervlakte gebruiken we ook wel Are

Slide 14 - Slide

Extra uitleg of zelfstandig aan het werk? 


  • Maken: paragraaf 3.2 + 3.3


Let op!
Sluit de les niet af!
Begrijp je de uitleg? Dan mag je stil en zelfstandig aan het werk. 

Slide 15 - Slide

 Zelfstandig aan het werk


  • Nakijken / maken: 3.1
  • Maken: 3.2 + 3.3 (blz 88 ev.)


Let op!
Sluit de les niet af!
timer
10:00

Slide 16 - Slide

Lesafsluiting
Met welke formule bereken je de oppervlakte van een driehoek?
Vertel in eigen woorden wat inlijsten is.

Slide 17 - Slide

Einde les.
Bedankt en tot de volgende keer!

Slide 18 - Slide