What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
Landstede Groep
‹
Return to search
Les 2 - Fasen en faseovergangen
Fasen en faseovergangen
Benodigheden
- Schrift
- Pen, potlood
- Laptop
LessonUp:
JA!
Telefoons
in de telefoontas!
1 / 30
next
Slide 1:
Slide
Natuurkunde / Scheikunde
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
This lesson contains
30 slides
, with
interactive quizzes
,
text slides
and
1 video
.
Lesson duration is:
15 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Fasen en faseovergangen
Benodigheden
- Schrift
- Pen, potlood
- Laptop
LessonUp:
JA!
Telefoons
in de telefoontas!
Slide 1 - Slide
Slide 2 - Slide
Slide 3 - Video
Molecuultheorie
Er zijn een vijftal belangrijke eigenschappen van moleculen volgens de molecuultheorie. De eerste drie zijn:
Elke stof heeft zijn eigen soort molecuul
Er zit ruimte (leegte) tussen moleculen
Moleculen trekken elkaar aan
...
...
Slide 4 - Slide
Wat zijn nummer 4 en 5?
Slide 5 - Open question
Wat zijn nummer 4 en 5?
4. Moleculen zijn altijd in beweging, bij hogere temperatuur bewegen ze sneller dan bij een lagere temperatuur
5. Moleculen botsen met elkaar (botsende deeltjes model)
Slide 6 - Slide
Faseovergangen
In dit onderdeel gaan we kijken naar de verschillende vormen van water. En dan ook vooral hoe het terecht komt in deze vormen.
Slide 7 - Slide
Verschillende fases van water
vaste fase:
ijs
Vloeibare fase:
water
gasfase:
waterdamp
Slide 8 - Slide
In welke fase zit water als het mist?
A
vast
B
gas
C
vloeibaar
Slide 9 - Quiz
Op de afbeelding zie je de kringloop van water.
Welke fase heeft het water bij nummer 1?
A
vloeibare fase
B
vaste fase
C
gasfase
Slide 10 - Quiz
Op de afbeelding zie je de kringloop van het water.
Welke fase heeft het water bij nummer 5?
A
vloeibare fase
B
vaste fase
C
gasfase
Slide 11 - Quiz
Op de afbeelding zie je de kringloop van het water.
In welke fase is het water bij nummer 2?
A
Vloeibare fase
B
Vaste fase
C
Gasfase
Slide 12 - Quiz
Fasen
Vast: (s)
Vloeibaar : (l)
Gas: (g)
Wat is het verschil tussen
water (l) en water (s)?
Slide 13 - Slide
Fasedriehoek
Slide 14 - Slide
Hoe heet deze faseovergang?
A
smelten
B
stollen
C
verdampen
D
condenseren
Slide 15 - Quiz
Hoe heet deze faseovergang?
A
smelten
B
stollen
C
verdampen
D
condenseren
Slide 16 - Quiz
Welke faseovergang zie je op de afbeelding?
A
Verdampen
B
Smelten
C
Condenseren
D
Rijpen
Slide 17 - Quiz
Welke faseovergang zie je in het plaatje?
A
Verdampen
B
Condenseren
C
Sublimeren
D
Koken
Slide 18 - Quiz
Welke faseovergang zie je op de afbeelding?
A
Verdampen
B
Smelten
C
Condenseren
D
Rijpen
Slide 19 - Quiz
Zie de grafiek. Welke
faseovergang vindt
hier plaats?
A
Stollen
B
Verdampen
C
Condenseren
D
Smelten
Slide 20 - Quiz
De faseovergang van vast naar vloeibaar noemen we
A
smelten
B
stollen
C
sublimeren
D
condenseren
Slide 21 - Quiz
de faseovergang tussen vloeibaar naar gasvormig water is
A
sublimeren
B
koken
C
verdampen
D
condenseren
Slide 22 - Quiz
Hoe heet de faseovergang van vloeibaar water naar waterdamp?
A
Smelten
B
Stollen
C
Condenseren
D
Verdampen
Slide 23 - Quiz
Welke faseovergang hoort bij deze zin:
We krijgen een witte kerst.
A
Verdampen
B
Smelten
C
Condenseren
D
Stollen
Slide 24 - Quiz
Hoe heet de faseovergang van gas naar vast?
A
sublimeren
B
rijpen
C
stollen
D
condenseren
Slide 25 - Quiz
de faseovergang van gas naar vast heet:
A
sublimeren
B
rijpen
C
stollen
D
condenseren
Slide 26 - Quiz
De faseovergang van gas naar vloeibaar noemen we
A
verdampen
B
rijpen
C
sublimeren
D
condenseren
Slide 27 - Quiz
Door welke faseovergang is dit ijs ontstaan?
A
rijpen
B
bevriezen
C
smelten
D
condenseren
Slide 28 - Quiz
Welke faseovergang zie je op de afbeelding?
A
Verdampen
B
Smelten
C
Condenseren
D
Rijpen
Slide 29 - Quiz
De was droogt ook als het vriest.
Welke faseovergang heeft er plaatsgevonden?
A
stollen
B
verdampen
C
smelten
D
sublimeren
Slide 30 - Quiz