What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
Landstede Groep
‹
Return to search
Bijles Lezen H123
Welkom!
1 / 21
next
Slide 1:
Slide
Nederlands
Middelbare school
vmbo t, havo
Leerjaar 1
This lesson contains
21 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
30 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Welkom!
Slide 1 - Slide
Lesdoelen
- Ik kan bewust lezen om mijn woordenschat en taalkennis
uit te breiden
- Ik ken de betekenissen van de begrippen uit Lezen leerjaar 1
Slide 2 - Slide
Wat heb je
vandaag gelezen?
Slide 3 - Mind map
Wat ga je komende week lezen (denk je)?
Slide 4 - Open question
Herhaling van de theorie
Wat weet je nog van de volgende onderwerpen?
Slide 5 - Slide
Wat doe je als je een tekst
oriënterend leest?
A
Je kijkt naar titel, tussenkopjes, illustraties, bron en eerste alinea.
B
Je leest de eerste en de laatste alinea van de tekst.
C
Je leest de eerste en laatste zin van elke alinea.
D
Je leest de tekst van begin tot eind goed door.
Slide 6 - Quiz
Hoe geef je het onderwerp van een tekst weer?
A
Als een volledige zin, die begint met een hoofdletter en eindigt met een punt.
B
Je vertelt kort de belangrijkste dingen uit de tekst.
C
In één of enkele woorden.
D
Je geeft een samenvatting van de tussenkopjes.
Slide 7 - Quiz
Wat is de standaard tekstopbouw?
A
inleiding - slot - middenstuk/kern
B
slot - inleiding - middenstuk/kern
C
middenstuk/kern - inleiding - slot
D
inleiding - middenstuk/kern - slot
Slide 8 - Quiz
Wat moet je doen als je iets moet citeren?
A
De alinea zo duidelijk mogelijk samenvatten.
B
De hele tekst kort en bondig samenvatten.
C
Een deel van de tekst in eigen woorden zetten.
D
Een deel van de tekst letterlijk overnemen.
Slide 9 - Quiz
Wat is een anekdote?
A
De reden voor de schrijver om de tekst te schrijven.
B
Een (grappig) verhaaltje in de inleiding.
C
Een beknopte samenvatting in het slot.
D
Een ander woord voor hoofdgedachte.
Slide 10 - Quiz
Wat doe je als je een tekst
globaal leest?
A
Je kijkt naar titel, tussenkopjes, illustraties, bron en eerste alinea.
B
Je leest de eerste en de laatste alinea van de tekst.
C
Je leest de eerste en laatste zin van elke alinea.
D
Je leest de tekst van begin tot eind goed door.
Slide 11 - Quiz
Hoe geef je de hoofdgedachte
van een tekst weer?
A
Als een volledige zin, die begint met een hoofdletter en eindigt met een punt.
B
Je vertelt kort de belangrijkste dingen uit de tekst.
C
In één of enkele woorden.
D
Je geeft een samenvatting van de tussenkopjes.
Slide 12 - Quiz
Wat wordt bedoeld met de aanleiding?
A
De reden voor de schrijver om de tekst te schrijven.
B
Een (grappig) verhaaltje in de inleiding.
C
Een beknopte samenvatting in het slot.
D
Een ander woord voor hoofdgedachte.
Slide 13 - Quiz
Bij welk tekstverband passen de volgende signaalwoorden?
ten eerste, ten tweede, ook, bovendien, daarnaast
A
chronologisch
B
opsommend
C
tegenstellend
D
toelichtend
Slide 14 - Quiz
Bij welk tekstverband passen de volgende signaalwoorden?
bijvoorbeeld, neem nou, denk aan, zoals
A
chronologisch
B
opsommend
C
tegenstellend
D
toelichtend
Slide 15 - Quiz
Bij welk tekstverband passen de volgende signaalwoorden?
vroeger, daarna, later, vervolgens, nadat, straks
A
chronologisch
B
opsommend
C
tegenstellend
D
toelichtend
Slide 16 - Quiz
Bij welk tekstverband passen de volgende signaalwoorden?
toch, maar, echter, daartegenover, hoewel
A
chronologisch
B
opsommend
C
tegenstellend
D
toelichtend
Slide 17 - Quiz
Bij welk tekstdoel horen de volgende tekstsoorten?
strip, roman, mop, cartoon, kort verhaal
A
amuseren
B
informeren
C
overtuigen
D
activeren
Slide 18 - Quiz
Bij welk tekstdoel horen de volgende tekstsoorten?
affiche, advertentie, reclamefolder, uitnodiging
A
amuseren
B
informeren
C
overtuigen
D
activeren
Slide 19 - Quiz
Kende je de begrippen die we zojuist hebben behandeld nog?
A
Ja, allemaal
B
Nee, maar de meeste wel
C
Nee, ik was de meeste vergeten
D
Nee, ik heb hulp nodig
Slide 20 - Quiz
Aan de slag
Lezen H6 opdracht 4
Maak extra oefeningen
Maak een samenvatting
Zet een muziekje op
Wees stil
Slide 21 - Slide