Landstede Groep
‹Return to search

3.2 Veiligheid en milieu 1 lesje

3.2 Veiligheid en milieu
1 / 47
next
Slide 1: Slide
Natuurkunde / ScheikundeMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 1

This lesson contains 47 slides, with text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

3.2 Veiligheid en milieu

Slide 1 - Slide

Voor vandaag
  • Vorige les 
  • Uitleg bij 3.2 (in 2 delen)
  • Opdrachten maken 
  • Opdrachten bespreken
  • Kahoot
  • Lesafsluiting

Slide 2 - Slide

Vorige les SO
Ging het SO niet zo goed?

Slide 3 - Slide

Dus dichtheid hangt af van massa en volume
dichtheid is de massa per cm3 stof
1 cm3 = 1 ml

Slide 4 - Slide

Grootheid
Eenheid
Massa
Volume
Dichtheid

Slide 5 - Slide

Grootheid
Eenheid
Massa
g
Volume
cm3
Dichtheid
g/cm3

Slide 6 - Slide

Leerdoelen 3.2 Veiligheid en milieu

  1. Je leert de betekenis van veiligheidspictogrammen
  2. Je leert wat giftige stoffen zijn
  3. Je leert te rekenen met de dosis
  4. Je leert hoe je afval hergebruikt

Slide 7 - Slide

1. Je leert de betekenis van veiligheidspictogrammen

Slide 8 - Slide

Veiligheidspictogrammen

Slide 9 - Slide

Veiligheidspictogrammen

Slide 10 - Slide

Veiligheidspictogram
Een veiligheidspictogram geeft aan wat het gevaar is van een stof.

Slide 11 - Slide

Schoonmaakmiddelen niet mengen!!
niet officieel symbool

Slide 12 - Slide

Chloorgas
  • Urine met schoonmaakmiddel --> ontstaat chloorgas = giftig  
  • Bleekwater en zoutzuur --> ontstaat chloorgas

Slide 13 - Slide

2. Je leert wat giftige stoffen zijn

Slide 14 - Slide

Giftige stoffen
  • Stoffen die al in kleine hoeveelheden schadelijk zijn voor de gezondheid worden giftig genoemd.  
  • Niet elke stof levert direct gevaar op voor je gezondheid

Slide 15 - Slide

Medicijnen
  • Zijn stoffen om je beter te maken
  • Ze kunnen ook schadelijk zijn als je ze verkeerd gebruikt/ te veel
  • Altijd bijsluiter erbij

Slide 16 - Slide

Kan water giftig zijn?
  • Ja, als je heel veel water drinkt in een korte tijd
 

Slide 17 - Slide

Dus; alle stoffen kunnen gevaarlijk/giftig zijn, afhankelijk van de dosis

Slide 18 - Slide

Dosis
  • De hoeveelheid die je van een stof binnenkrijgt heet de dosis. 
  • Bij een te kleine dosis werken medicijnen niet goed. 
  • Bij een te grote dosis kunnen medicijnen schadelijk voor je lichaam zijn.

Slide 19 - Slide

Dosis - giftig
  • In principe is elke stof giftig.  
  • De dosis bepaald of je eraan dood gaat. 
  • Maar als de dosis klein is en je gaat er al aan dood dan noemen we de stof giftig.
  • Er zijn vele medicijnen in kleine dosis goed maar in een hoge dosis slecht

Slide 20 - Slide

Dosis - giftig
  • Kleine of grote dosis tot het giftig is?

Slide 21 - Slide

Dosis - giftig
  • Kleine of grote dosis tot het giftig is?

Hoe lager de dodelijke dosis hoe giftiger

Slide 22 - Slide

3. Je leert te rekenen met de dosis

Slide 23 - Slide

Rekenen met dosis
De dodelijk dosis voor cafeïne is 12 g. In een glas cola zit 24 mg cafeïne. Bereken met de verhoudingstabel hoeveel glazen cola iemand moet binnenkrijgen om te kunnen overlijden. 

Slide 24 - Slide

Rekenen met dosis
De dodelijk dosis voor cafeïne is 12 g. In een glas cola zit 24 mg cafeïne. Bereken met de verhoudingstabel hoeveel glazen cola iemand moet binnenkrijgen om te kunnen overlijden. 

Slide 25 - Slide

Hoe gaan we van g naar mg?

Slide 26 - Slide

Rekenen met dosis
De dodelijk dosis voor cafeïne is 12 g. In een glas cola zit 24 mg cafeïne. Bereken met de verhoudingstabel hoeveel glazen cola iemand moet binnenkrijgen om te kunnen overlijden. 

Slide 27 - Slide

Rekenen met dosis
500 glazen cola voordat je kan overlijden aan een overdosis cafeïne. 

Slide 28 - Slide

Aan de slag
Wat: Maken 3.2 BLZ 120 opdracht 18 t/m 33 ( 29 niet en verder wel ook de         opdrachten) 

Klaar: 1. Nakijken via laptop (Magister, ELO, studiewijzer, NaSk)
             2. Aan mij laten zien
               
Ik ga aan einde controleren wat je hebt gedaan 

timer
15:00

Slide 29 - Slide

4. Je leert hoe je afval hergebruikt 

Slide 30 - Slide

Afval
Afval = Stoffen die je niet meer nodig hebt.

Welke soorten afval ken je?

Wat gebeurd er met afval?

Slide 31 - Slide

Er zijn veel soorten afval
  • plastic
  • glas
  • papier
  • oud ijzer
  • kca (klein chemisch afval)
  • gft (groenten, fruit en tuin afval)
  • rest
straks meer over

Slide 32 - Slide

Afval
  • In sommige soorten afval kunnen schadelijke stoffen zitten
  • Deze mag je nooit zomaar weggooien 
  • Dan komen ze in het milieu en kunnen ze schade aanrichten
  • Deze stoffen lever je daarom in bij het klein chemisch afval (KCA)

Slide 33 - Slide

Klein chemisch afval
In het klein chemisch afval zitten giftige stoffen, dit kun je bij sommige winkels in een bak gooien.

Slide 34 - Slide

Klein chemisch afval (KCA)

Voorbeelden:
  • Nagellak
  • Medicijnen
  • Batterijen
  • Lampen
  • Elektronica
  • Verf


Slide 35 - Slide

Recyclen 
  • Niet alle afval is schadelijk
  • Veel afval kun je recyclen
  • Recyclen = uit afval nieuwe producten maken 
  • Plastic, papier, glas etc. zijn voorbeelden van afval dat als grondstof voor nieuwe producten kan worden gebruikt

Slide 36 - Slide

Afval scheiden
  • Om makkelijk te kunnen recyclen is scheiden van afval heel belangrijk 
  • Afval dat niet gescheiden wordt ingezameld noem je restafval

Slide 37 - Slide

Afval scheiden

Slide 38 - Slide

Op school pmd bak

Slide 39 - Slide

Wat moet je nu goed weten?
Welk afval waar hoort 

Slide 40 - Slide

Aan de slag
  • Opdrachten maken gaan we eerst in STILTE doen 
  • GEEN VRAGEN, gebruik je boek of sla anders even over
  • Na 12 minuten mag je samen overleggen/ vragen stellen
  • Ik ga aan einde controleren wat je hebt gedaan 

Slide 41 - Slide

Aan de slag
Wat: Maken 3.2 BLZ 120 opdracht 18 t/m 33 ( 29 niet en verder wel ook de         opdrachten) 

Klaar: 1. Nakijken via laptop (Magister, ELO, studiewijzer, NaSk)
             2. Aan mij laten zien
               
Ik ga aan einde controleren wat je hebt gedaan 

timer
15:00

Slide 42 - Slide

Opdrachten bespreken?

Slide 43 - Slide

Leerdoelen 3.2 Veiligheid en milieu

  1. Je leert de betekenis van veiligheidspictogrammen
  2. Je leert wat giftige stoffen zijn
  3. Je leert te rekenen met de dosis
  4. Je leert hoe je afval hergebruikt

Slide 44 - Slide

Wat gebeurd er dan met het afval?

Slide 45 - Slide

Slide 46 - Video

Einde van de les
  • Huiswerk: maken 3.2 BLZ 122 opdracht 18 t/m 33
  • Volgende les: verder met 3.3

Blijf zitten en wacht tot de bel is gegaan. 

Slide 47 - Slide