Landstede Groep

H3G - 11-11-2023 - CH1D

H3G ~ français ~ lundi le 11 novembre 2024
Le saviez-vous?






1 / 24
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

H3G ~ français ~ lundi le 11 novembre 2024
Le saviez-vous?






Slide 1 - Slide

Les objectifs du cours

  • Je kunt het bijvoeglijk naamwoord gebruiken.

Slide 2 - Slide

Devoirs pour le 18 novembre
  • Faire: ex. 15, 16 d + f 

  • Apprendre: grammaire D (bijv. naamwoord)

Slide 3 - Slide

Le programme

  • Bijvoeglijk naamwoord: hoe zat het ook alweer?

  • Uitleg bijvoeglijk naamwoord

  • Travailler


Slide 4 - Slide

Voor we naar het Frans gaan..
Wat is een bijvoeglijk naamwoord in het Nederlands?

Slide 5 - Slide

Het bijvoeglijk naamwoord zegt iets over een...
A
werkwoord
B
zelfstandig naamwoord
C
bijwoord
D
voorzetsel

Slide 6 - Quiz

Welke van onderstaande woorden zijn bijvoeglijk naamwoorden? (Meerdere antwoorden mogelijk)
A
lief
B
auto
C
spelen
D
Duitse

Slide 7 - Quiz

De vorm van het bijv.nw
Wat valt je op aan het Nederlandse bijvoeglijk naamwoord?

De jongen is groot
Het meisje is groot
De jongens zijn groot
De meisjes zijn groot

Slide 8 - Slide

Wat valt je op aan de Franse vorm?

Le garçon est grand
La fille est grande
Les garçons sont grands
Les filles sont grandes

Slide 9 - Slide

Het bijvoeglijk naamwoord
Vormt zich naar het zelfstandig naamwoord. 
De standaard regel: 

Mannelijk enkelvoud:                                     grand
Vrouwelijk enkelvoud:    + e                              grande
Mannelijk meervoud:      + s                              grands
Vrouwelijk meervoud:    + es                            grandes

Slide 10 - Slide

Vul de juiste vorm in:
la _________________ maison
A
petit
B
petite
C
petits
D
petites

Slide 11 - Quiz

Vul de juiste vorm in:
les amis _____________________
A
américain
B
américaine
C
américains
D
américaines

Slide 12 - Quiz

Vul de juiste vorm in:
une personne __________________
A
élégant
B
élégante
C
élégants
D
élégantes

Slide 13 - Quiz

Vul de juiste vorm in:
la mer ___________________ (bleu)

Slide 14 - Open question

Vul de juiste vorm in:
les filles _______________ (charmant)

Slide 15 - Open question

Correct ou incorrect:

Elle a une grand maison.
A
correct
B
incorrect

Slide 16 - Quiz

Correct ou incorrect:

Nous avons deux chats gris.
A
correct
B
incorrect

Slide 17 - Quiz

Correct ou incorrect:

Il aime son T-shirt verte.
A
correct
B
incorrect

Slide 18 - Quiz

Le programme

  • Bijvoeglijk naamwoord: hoe zat het ook alweer?

  • Uitleg bijvoeglijk naamwoord

  • Travailler


Slide 19 - Slide

Bijvoeglijk naamwoord

  • Vidéos (aantekeningen maken in schrift!)

  • Onregelmatige vormen:
bon/bonne, beau/belle, nouveau/nouvelle, vieux/vieille
-ien/-ienne, -eux/-euse, -if/-ive

  • Plaats: achter zelfst.nw. (12 uitzonderingen!)

Slide 20 - Slide

Le programme

  • Bijvoeglijk naamwoord: hoe zat het ook alweer?

  • Uitleg bijvoeglijk naamwoord

  • Travailler
    Faire: ex. 15, 16 d + f 
    fluisterend overleggen


Slide 21 - Slide

Doel: ik kan het bijvoeglijk naamwoord gebruiken
😒🙁😐🙂😃

Slide 22 - Poll

Dit heb ik vandaag geleerd:

Slide 23 - Mind map

Ik heb nog een vraag over ...

Slide 24 - Open question