Landstede Groep

Relaties. 3 Als de relatie stukloopt

Programma
3. Als de relatie stukloopt
Vragen vorige les.
Leerdoelen
Doorloop de lessonup, bestudeer de tekst, bekijk de video, en beantwoord de vragen.

1 / 19
next
Slide 1: Slide
MaatschappijleerMiddelbare schoolvmbo, mavoLeerjaar 3,4

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Introduction

Aan het eind van deze les kun je herkennen en uitleggen waarom en welke relaties er tussen mensen zijn.

Items in this lesson

Programma
3. Als de relatie stukloopt
Vragen vorige les.
Leerdoelen
Doorloop de lessonup, bestudeer de tekst, bekijk de video, en beantwoord de vragen.

Slide 1 - Slide

Sociale cohesie betekent:
A
Alle mensen zijn sociale dieren
B
Gevoel dat mensen bij elkaar horen
C
Mannen krijgen een ander oordeel dan vrouwen
D
Groepen mensen die een hekel hebben aan elkaar

Slide 2 - Quiz

Met wie heb je een persoonlijke relatie?
A
Je zus
B
Je vrienden
C
Je broer
D
De politie

Slide 3 - Quiz

Persoon A heeft 5.000 eu gespaard, Persoon B 10.000. Ze trouwen en na een jaar scheiden ze weer. Persoon A krijgt 5.000 euro. Hoe is het paar getrouwd geweest?
A
In gemeenschap van goederen
B
Onder huwelijkse voorwaarden

Slide 4 - Quiz

Een meisje van 16 mag trouwen als ze zwanger is
A
Waar
B
Niet waar
C
Alleen als haar ouders dat goed vinden

Slide 5 - Quiz

Je ouders zijn financieel verantwoordelijk voor je tot je:
A
16e
B
18e
C
21e
D
Altijd

Slide 6 - Quiz

Welke twee soorten alimentatie bestaan er?

Slide 7 - Open question

Een trouwambtenaar en 2 getuigen per partner is verplicht bij trouwen
A
Waar
B
Niet waar

Slide 8 - Quiz

Waardoor is het aantal scheidingen toegenomen?
A
Door werkende vrouwen
B
Door werkende mannen
C
Doordat de kerk minder streng is
D
Doordat er nu meer mensen trouwen

Slide 9 - Quiz

Leerdoelen
  1. Je kent de regels met betrekking tot een scheiding: ontbinden van huwelijk.
  2. Je weet het verschil tussen twee soorten alimentatie: kinderalimentatie en partneralimentatie.
  3. Je weet waarom het aantal echtscheidingen is toegenomen.
  4. Je weet tot wanneer het ouderlijk gezag geldt

Slide 10 - Slide

Relaties
Als de relatie stukloopt

Slide 11 - Slide

Mijn ouders zijn gescheiden
A
Waar
B
Niet waar

Slide 12 - Quiz

Je mag alleen trouwen als je ouder bent dan 18.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 13 - Quiz

Slide 14 - Video

Vanaf wanneer is het voor homoseksuelen toegestaan te trouwen in Nederland?

Slide 15 - Open question


Scheiden





  • Veel verschillende redenen om te gaan scheiden.
  • Huwelijkcontract moet ontbonden worden: hierover moeten afspraken worden gemaakt. Ontbinding gebeurd door rechter.
  • Belangrijkste afspraken moeten worden gemaakt over de kinderen (Ouderschapsplan)
  • Daarna pas de verdeling van de bezittingen en alimentatie



Slide 16 - Slide


Alimentatie





  • Kinderalimentatie: betaalt de niet-verzorgende ouder aan de verzorgende ouder tot de kinderen 18 jaar zijn. Daarna (tot 21 jaar) worden afspraken gemaakt, en kunnen kinderen deze alimenatie ontvangen.
  • Partneralimentatie: de ex-partner met het hoogste inkomen betaalt deze aan de ander.
  • Van beide soorten alimentatie geldt: hoogte gaat in overleg.



Slide 17 - Slide


  • Ouderlijk gezag: De wettelijke plicht om je kinderen op te voeden en te verzorgen. Dit duurt tot het kind 18 is. Tot je 21e zijn je ouders financieel verantwoordelijk voor je. 
  • Scheiden is makkelijker geworden nu vrouwen ook werken, ze zijn niet afhankelijk van de man en de kerk bemoeit zich er minder mee. 1/3 van de huwelijken eindigt in een scheiding.



Slide 18 - Slide

Wie krijgt partneralimentatie?
A
De meest verdiende ex-partner
B
De minst verdiende ex-partner
C
Beide partners

Slide 19 - Quiz