What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
Landstede Groep
‹
Return to search
mens en gezondheid 4: Etiketten lezen, diëten en allergieën en eetgedrag
Etiketten lezen
Vrijdag 11-11-2022
1 / 11
next
Slide 1:
Slide
Zorg en Welzijn
Praktijkonderwijs
Leerjaar 1,2
This lesson contains
11 slides
, with
interactive quiz
and
text slides
.
Lesson duration is:
120 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Etiketten lezen
Vrijdag 11-11-2022
Slide 1 - Slide
Lesdoel:
- Aan het einde van de les weet je wat een etiket is
- Aan het einde van de les kan je Informatie op etiketten lezen
Competentie:
Werkvoorbereiding: Huiswerk
Werken aan mijn ontwikkeling: ik laat zien dat ik iets wil leren
Slide 2 - Slide
Op een etiket staat:
naam van het product
ingrediënten
Het ingrediënt dat er het meest in zit, staat vooraan. het ingrediënt dat er het minst inzit staat achteraan. Zo weet je waarvan het gemaakt is.
Slide 3 - Slide
Op een etiket staat:
inhoud
Hoeveel van een levensmiddel erin zit. Bijvoorbeeld 500 gram of 1 liter.
voedingswaarden
Aan de voedingswaarde zie je hoeveel calorieën (Kcal) en voedingsstoffen erin zitten.
Slide 4 - Slide
Op een etiket staat:
naam en adres van de fabrikant
Dan weet je waar je terechtkunt als je een vraag of een klacht hebt.
bereidingswijze
Hoe je het moet klaarmaken.
Slide 5 - Slide
Op een etiket staat:
bewaarvoorschrift
Soms staat op het etiket hoe je het levensmiddel het best kunt bewaren. Bijvoorbeeld: koel en droog bewaren.
Slide 6 - Slide
Praktijkopdracht
Je gaat nu oefenen met het lezen van een etiket.
Slide 7 - Slide
Praktijkopdracht
Waar staan de ingredieënten?
Slide 8 - Slide
Praktijkopdracht
Hoeveel Kcal zit er in per 100 gram?
Slide 9 - Slide
Praktijopdracht
Pak de foto's die je gemaakt heb er bij. Kies er 1 uit.
Beantwoord de volgende vragen:
1. Wat is de naam van dit product?
2. Welke ingrediënten zitten er in?
3. Wat is de inhoud (hoeveel zit er in)?
4 Hoeveel koolhydraten zitten erin ?
5. Hoeveel kcalorieën zit er in per 100 gram?
Slide 10 - Slide
Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd
Slide 11 - Open question