This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes.
Lesson duration is: 25 min
Items in this lesson
Cellen van schimmels hebben géén celkern
A
waar
B
niet waar
Slide 1 - Quiz
Cellen van bacteriën hebben nooit een celkern, maar wel altijd een celwand
A
waar
B
niet waar
Slide 2 - Quiz
Als we kijken naar de celkenmerken kunnen we organismen indelen in vier rijken; bacteriën, schimmels, planten en dieren
A
waar
B
niet waar
Slide 3 - Quiz
Dieren die zich onderling kunnen voortplanten behoren tot dezelfde soort
A
zeker
B
misschien, de kans daarop is klein
C
waarschijnlijk, de kans daarop is groot
D
zeker niet
Slide 4 - Quiz
Dieren behoren tot dezelfde soort als ze onderling vruchtbare nakomelingen kunnen krijgen
A
waar
B
niet waar
Slide 5 - Quiz
Bacteriën planten zich voort door sporen
A
waar
B
niet waar
Slide 6 - Quiz
Schimmels kunnen ons voedsel bederven, maar ook verbeteren en sommige schimmels kun je ook eten
A
waar
B
niet waar
Slide 7 - Quiz
Schadelijke schimmels kunnen bestreden worden met antibiotica
A
waar
B
niet waar
Slide 8 - Quiz
Een uitwendig skelet vinden we bij ....
A
Alle weekdieren en geleedpotigen.
B
Weekdieren, geleedpotigen en sommige holtedieren.
C
De meeste weekdieren, alle geleedpotigen en sommige holtedieren.
D
Weekdieren, geleedpotigen, holtedieren en stekelhuidigen.
Slide 9 - Quiz
1. Warmbloedige dieren hebben een constante lichaamstemperatuur. 2. Koudbloedige dieren nemen de temperatuur van hun omgeving aan. 3. Koudbloedige dieren zijn 's winters zelden actief.
A
1 is waar 2 en 3 zijn niet waar
B
1 en 2 zijn waar 3 is niet waar
C
1 is niet waar 2 en 3 zijn waar
D
1, 2 en 3 zijn waar
Slide 10 - Quiz
Celkern
Vacuole
Celwand
Bladgroenkorrels
Slide 11 - Drag question
Enkele processen bij de mens zijn ademhalen, groeien en ontwikkelen.
Welke van deze processen zijn levenskenmerken?
A
al deze processen zijn geen levenskenmerken
B
alleen ademhalen en groeien zijn levenskenmerken
C
alleen groeien en ontwikkelen zijn levenskenmerken
D
al deze processen zijn levenskenmerken
Slide 12 - Quiz
Noem de 4 functies van het skelet
Slide 13 - Open question
Teenganger
Zoolganger
Topganger
Slide 14 - Drag question
Je hebt twee typen beenderen. Welke?
A
Platbeen & Armpijp
B
Kraakbeen & Been
C
Armbeen & Been
D
Pijpbeen & Platbeen
Slide 15 - Quiz
Wat is het juiste verschil tussen kraakbeenweefsel en beenweefsel?
A
In beenweefsel zit veel kalk en in kraakbeenweefsel zit veel lijmstof
B
In beenweefsel zit weinig kalk en in kraakbeenweefsel zit weinig lijmstof
C
In beenweefsel zit veel kalk en in kraakbeenweefsel zit weinig lijmstof
D
In beenweefsel zit weinig kalk en in kraakbeenweefsel zit veel lijmstof