Landstede Groep

M2 H1 Lezen: onderwerp, deelonderwerp en hoofdgedachte

GIDS NEDERLANDS
INFORMATIE VOOR LESSEN NEDERLANDS
1 / 29
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo g, t, mavoLeerjaar 2

This lesson contains 29 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 15 min

Items in this lesson

GIDS NEDERLANDS
INFORMATIE VOOR LESSEN NEDERLANDS

Slide 1 - Slide

DOELEN


- je kunt het onderwerp in een tekst vinden (herhaling); 

- je kunt aan de bron van een tekst zien waar deze vandaan komt en wie het heeft geschreven;

- je weet wat deelonderwerpen zijn, hoe je deze in een tekst kunt vinden en ik kan ze benoemen;

- je weet wat de hoofdgedachte van een tekst is en kunt de hoofdgedachte van een tekst vinden.

onderwerp, deelonderwerp en hoofdgedachte

Slide 2 - Slide

Weet je nog?
Wat is oriënterend lezen?
A
Bekijk de tekst en lees de eerste alinea
B
Lees de eerste en laatste zin van de alinea's
C
Bekijk de tekst en zoek de info die je nodig hebt
D
Lees de tekst helemaal en nauwkeurig

Slide 3 - Quiz

Weet je nog?
Wat is globaal lezen?
A
Bekijk de tekst en lees de eerste alinea
B
Lees de eerste en laatste zin van de alinea's
C
Bekijk de tekst en zoek de info die je nodig hebt
D
Lees de tekst helemaal en nauwkeurig

Slide 4 - Quiz

Weet je nog?
Wat is precies lezen?
A
Bekijk de tekst en lees de eerste alinea
B
Lees de eerste en laatste zin van de alinea's
C
Bekijk de tekst en zoek de info die je nodig hebt
D
Lees de tekst helemaal en nauwkeurig

Slide 5 - Quiz

Weet je nog?
Met welke vraag vind je het onderwerp
in een tekst?

Slide 6 - Mind map

Weet je nog?
Wat bekijk en lees je als je een tekst oriënterend leest?

Slide 7 - Mind map

ONDERWERP
Een tekst of een verhaal gaat ergens over.
Dit noem je het onderwerp van een tekst.
Lees de tekst eerst oriënterend 
en stel dan de vraag: 
Waarover gaat de hele tekst?

Slide 8 - Slide

DEELONDERWERPEN
In een tekst kunnen verschillende dingen over een onderwerp gezegd worden.
Deze kleinere aspecten van het onderwerp zijn deelonderwerpen.

Meestal wordt er in één alinea één deelonderwerp behandeld.

Slide 9 - Slide

DEELONDERWERPEN
Als je heel snel wilt weten wat de deelonderwerpen in een tekst zijn, dan lees je een tekst globaal.

Bij globaal lezen lees je alleen de eerste en de laatste zin van elke alinea.

Slide 10 - Slide

Wat zou een deelonderwerp kunnen zijn in een tekst over voetbal?
A
De verzorging van een konijn
B
Het tenue
C
Kruidentuin
D
Koffiebonen

Slide 11 - Quiz

Wat zou een deelonderwerp kunnen zijn in een tekst over school?
A
De dierenwinkel
B
De geschiedenis van voetbal
C
Pauzes in de aula
D
Zakgeld

Slide 12 - Quiz

Wat zou een deelonderwerp kunnen zijn in een tekst over politiek?
A
Gezelschapsspellen
B
Verkiezingen
C
Vakantiereizen
D
De woestijn

Slide 13 - Quiz

HOOFDGEDACHTE van een tekst


- het belangrijkste van een tekst kan 

in één zin samengevat worden:
de hoofdgedachte

Slide 14 - Slide

HOE VIND JE DE HOOFDGEDACHTE?


De hoofdgedachte staat MEESTAL in de inleiding of het slot (dus niet altijd!)

Je vindt de hoofdgedachte door de tekst precies te lezen (je leest de tekst goed van de eerste zin tot en met de laatste zin).

Slide 15 - Slide

Een hoofdgedachte is
A
het onderwerp
B
de titel
C
het belangrijkste in 1 zin

Slide 16 - Quiz

Een goede tekst bestaat uit 
drie delen

- een inleiding
- het middenstuk (kern)
- een slot

Slide 17 - Slide

INLEIDING

- vertelt op een interessante en boeiende manier wat het onderwerp van een tekst is

Slide 18 - Slide

MIDDENSTUK (KERN)

- bestaat vaak uit meerdere alinea's
- vertelt in elke alinea iets nieuws over het onderwerp
- elke alinea kan een tussenkopje hebben

Slide 19 - Slide

SLOT

- dit is de afronding van de tekst
- hierin staat de conclusie, de hoofdgedachte of een samenvatting met de belangrijkste zaken op een rij

Slide 20 - Slide

Hoe lees je een tekst globaal?
A
Je leest de hele tekst
B
Je leest alleen de titel
C
Je leest de eerste en laatste zinnen van alinea's
D
Je bekijkt alleen de plaatjes

Slide 21 - Quiz

Hoe is een goede tekst opgebouwd?
A
Inleiding en middenstuk
B
Inleiding, middenstuk en slot
C
Middenstuk en slot
D
Inleiding en slot

Slide 22 - Quiz

Wat vind je in het middenstuk van de tekst?
A
de inleiding
B
de mening van de schrijver
C
de conclusie
D
de deelonderwerpen

Slide 23 - Quiz

Wat is een deelonderwerp?
A
een onderwerp van een hoofdstuk
B
een aspect van het onderwerp
C
een aspect van het slot
D
een onderwerp van de eerste alinea

Slide 24 - Quiz

Waar in de alinea staat de belangrijkste zin?
A
In het midden
B
Meestal aan het begin, soms aan het einde
C
Altijd aan het einde
D
Die kan overal staan

Slide 25 - Quiz

GELEERD?


- je kunt het onderwerp in een tekst vinden (herhaling); 

- je kunt aan de bron van een tekst zien waar deze vandaan komt en wie het heeft geschreven;

- je weet wat deelonderwerpen zijn, hoe je deze in een tekst kunt vinden en ik kan ze benoemen;

- je weet wat de hoofdgedachte van een tekst is en kunt de hoofdgedachte van een tekst vinden.

onderwerp, deelonderwerp en hoofdgedachte

Slide 26 - Slide

Wat wist je al?

Slide 27 - Open question

Is er iets wat je nog niet zo goed snapt?
Zo ja, schrijf dit op.

Slide 28 - Open question

GIDS NEDERLANDS
INFORMATIE VOOR LESSEN NEDERLANDS

Slide 29 - Slide