What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
Landstede Groep
‹
Return to search
3.4 Ruiken en proeven 1D
3.4 Ruiken en proeven
1 / 22
next
Slide 1:
Slide
Biologie
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 1
This lesson contains
22 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
45 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
3.4 Ruiken en proeven
Slide 1 - Slide
Leerdoel 3.4
Aan het eind van deze les weet je:
Hoe het reukzintuig in je neus werkt
Hoe je smaakzintuigen op je tong werken
Hoe je met deze zintuigen je eten proeft.
Slide 2 - Slide
Opbouw van de les
Per leerdoel geef ik uitleg en een
oefenvraag.
Check: heb je het leerdoel gehaald?
Aan de slag: maak de vragen (blauw)
Je maakt de vragen in deze LessonUp
Huiswerk maken
Slide 3 - Slide
Leerdoel 1: Hoe ruik je?
Slide 4 - Slide
Welke kleur heeft het reukzintuig op deze afbeelding?
A
Rood
B
Beige
C
Paars
D
Roze
Slide 5 - Quiz
Leerdoel 2: Hoe proef je met je tong?
Slide 6 - Slide
Leerdoel 2: Hoe proef je met je tong?
Slide 7 - Slide
Leerdoel 3: Hoe proef je eten?
Slide 8 - Slide
Waarom knijpt de vader van dit jongetje zijn neus dicht?
A
Omdat hij niet wil luisteren.
B
Als hij niet kan ruiken, proeft hij het minder.
C
Omdat hij anders zijn mond niet open doet.
D
Dan proeft hij niet dat het zout is.
Slide 9 - Quiz
Aan de slag!
Maak alle opdrachten in deze les.
Maken 3.4 Zelf samenvatten en Test Jezelf
Ook morgen in de les hieraan werken
Succes!!!
Slide 10 - Slide
Je reukzintuig zit boven in je:
A
neusholte
B
keelholte
C
tong
D
neusslijmvlies
Slide 11 - Quiz
Je reukzintuig is een deel van het:
A
neusholte
B
keelholte
C
tong
D
neusslijmvlies
Slide 12 - Quiz
............ zijn de prikkel voor het reukzintuig
A
Neusslijmvliezen
B
Reukzintuigen
C
Tongen
D
Geurstoffen
Slide 13 - Quiz
Je neusslijmvlies houdt
de neusholte vochtig
A
Waar
B
Niet waar
Slide 14 - Quiz
Sleep: Waar of niet waar?
WAAR
NIET WAAR
Smaakpapillen zijn prikkels voor de smaakzintuigen.
Smaakzintuigen liggen op je tong en je lippen.
Smaakstoffen sturen berichten naar je hersenen.
Met de smaakzintuigen op je tong kun je smaken waarnemen.
Slide 15 - Drag question
Zet de stappen van het proeven in de goede volgorde.
1
2
3
4
Geurstoffen prikkelen je zintuig.
Je besluit een stukje taart te nemen. Er gaan berichten van je hersenen naar je armspieren
Je moeder bakt appeltaart. Er komen geurstoffen vrij uit de appeltaart.
Er gaan berichten van je zintuig naar je hersenen. Je weet wat je ruikt: appeltaart.
Slide 16 - Drag question
Welke 5 smaken
kan je proeven ?
Slide 17 - Open question
Je eet een boterham
met jam. Wanneer weet je dat je de jam proeft?
A
Als de smaakstoffen bij je smaakzintuigen komen.
B
Als de geurstoffen bij het reukzintuig komen.
C
Als de hersenen de berichten van de smaakzintuigen en het reukzintuig samenvoegen.
Slide 18 - Quiz
Dit bord eten is vreemd, omdat:
A
Het eten een andere kleur heeft dan normaal.
B
Het heel veel eten is.
C
Het eten een rare smaak heeft.
Slide 19 - Quiz
Met welk zintuig neem je waar dat dit bord eten vreemd is?
A
Tong
B
Ogen
C
Neus
D
Hand
Slide 20 - Quiz
Welk leerdoel heb je gehaald?
Wat weet je na deze les?
A
Hoe het reukzintuig in je neus werkt
B
Hoe je smaakzintuigen op je tong werken
C
Hoe je met deze zintuigen je eten proeft.
D
Ik ken alle leerdoelen
Slide 21 - Quiz
Klaar! Gefeliciteerd!
Slide 22 - Slide