This lesson contains 45 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 30 min
Items in this lesson
Pak je leesboek en ga lekker lezen!
timer
10:00
Slide 1 - Slide
Wat gaan we deze les doen?
Wat weet je nog?
Uitleg telwoorden
Aan de slag!
Weekend?
Slide 2 - Slide
Wat weet je nog?
Vorige week werkwoorden
Daarvoor woordsoorten
Even herhalen
Slide 3 - Slide
1. Met de nieuwe inrichting zal de woonkamer een stuk gezellig worden.
Zal
A
HWW
B
KWW
C
ZWW
Slide 4 - Quiz
1. Met de nieuwe inrichting zal de woonkamer een stuk gezellig worden.
worden
A
HWW
B
KWW
C
ZWW
Slide 5 - Quiz
3. Gelukkig is het grootste werk gisteren al door vrijwilligers gedaan.
is
A
HWW
B
KWW
C
ZWW
Slide 6 - Quiz
2. Gelukkig is het grootste werk gisteren al door vrijwilligers gedaan.
gedaan
A
HWW
B
KWW
C
ZWW
Slide 7 - Quiz
Waar denk je aan bij 'telwoorden'?
Slide 8 - Mind map
Startopdracht
Slide 9 - Slide
Wanneer is de man met de pet aan de beurt?
A
eerste
B
tweede
C
derde
D
laatste
Slide 10 - Quiz
Wanneer is de man met het rode boek aan de beurt?
A
tweede
B
derde
C
vierde
D
vijfde
Slide 11 - Quiz
De telwoorden
Zo vind je de vier soorten telwoorden:
Een bepaald hoofdtelwoord (bep.hoofdtelw) noemt een precies aantal of een precieze hoeveelheid: dertien (13), een vijfde (1/5). Alleen bepaalde hoofdtelwoorden kun je vervangen door cijfers.
Een onbepaald hoofdtelwoord (onbep.hoofdtelw) noemt een onduidelijk aantal of een onduidelijke hoeveelheid: enkele, weinig.
Een bepaald rangtelwoord (bep.rangtelw) noemt een duidelijke plaats in een volgorde, in een rij: eerste, negende.
Een onbepaald rangtelwoord (onbep.rangtelw) noemt een onduidelijke plaats in een rij: middelste, laatste.
Slide 12 - Slide
Telwoorden
Telwoorden geven het aantal of de rang van iets aan, oftewel de 'tel' van iets.
Slide 13 - Slide
Doel van deze les:
Ik weet wat hoofd- en rangtelwoorden zijn
Ik ken het verschil tussen bepaalde en onbepaalde hoofdtelwoorden
Ik ken het verschil tussen bepaalde en onbepaalde rangtelwoorden.
Slide 14 - Slide
Huiswerk
Woensdag 9 okt.
Planning:
- Hww/zww/kww
- Telwoorden
Slide 15 - Slide
TELWOORDEN
Hoofdtelwoorden
Rangtelwoorden
Slide 16 - Slide
Hoofd-en rangtelwoorden
hoofdtelwoorden (htw): geven een hoeveelheid aan
1, één, 8, acht, 35, vijfendertig, 1000, duizend
rangtelwoorden (rtw): geven een volgorde aan
eerste, 1e, tweede, 2e, 120e, honderdtwintigste
Slide 17 - Slide
Hoofdtelwoord
Rangtelwoord
tweede
drieëntwintig
negende
56
twee
middelste
Slide 18 - Drag question
Benoem de telwoorden (hoofd/rang)
Op de derde dag van januari ging ik met twee vrienden stappen in de kroeg.
Slide 19 - Open question
Nu nog één stapje verder...
Slide 20 - Slide
Telwoorden
Hoofdtelwoorden
Rangtelwoorden
Bepaald hoofdtelwoord
Bepaald rangtelwoord
Onbepaald hoofdtelwoord
Onbepaald rangtelwoord
Slide 21 - Slide
Hoofdtelwoorden
Bepaalde hoofdtelwoorden: geeft een precies aantal of een precieze hoeveelheid.
Zeven boeken, zesendertig koeien, drie vijfde van de klas
Onbepaalde hoofdtelwoorden: geeft een onduidelijk aantal aan, geen precieze hoeveelheid.
Veel boeken, weinig koeien, enkele leerlingen
Slide 22 - Slide
Slide 23 - Slide
Rangtelwoorden
Bepaalde rangtelwoorden: geeft een precieze plaats in een rij.
de zevende keer, de zesendertigste plek
Onbepaalde rangtelwoorden: geeft een onduidelijke plaats in een rij.
de middelste jongen, de zoveelste besmetting, de laatste duik
Slide 24 - Slide
... én in een ander schema
Slide 25 - Slide
Oefenen!
Slide 26 - Slide
4
A
bepaald hoofdtelwoord
B
onbepaald hoofdtelwoord
C
bepaald rangtelwoord
D
onbepaald rangtelwoord
Slide 27 - Quiz
veel
A
bepaald hoofdtelwoord
B
onbepaald hoofdtelwoord
C
bepaald rangtelwoord
D
onbepaald rangtelwoord
Slide 28 - Quiz
vijfde
A
bepaald hoofdtelwoord
B
onbepaald hoofdtelwoord
C
bepaald rangtelwoord
D
onbepaald rangtelwoord
Slide 29 - Quiz
zoveelste
A
bepaald hoofdtelwoord
B
onbepaald hoofdtelwoord
C
bepaald rangtelwoord
D
onbepaald rangtelwoord
Slide 30 - Quiz
sommige
A
bepaald hoofdtelwoord
B
onbepaald hoofdtelwoord
C
bepaald rangtelwoord
D
onbepaald rangtelwoord
Slide 31 - Quiz
Veel leerlingen hebben voor die toets een voldoende gehaald.
Welk woord is 'veel'?
A
bepaald hoofdtelwoord
B
onbepaald hoofdtelwoord
C
bepaald rangtelwoord
D
onbepaald rangtelwoord
Slide 32 - Quiz
Alle leerlingen van de Dean Academy in Engeland kregen plotseling vrij.
Welk woord is "alle"?
A
bepaald hoofdtelwoord
B
onbepaald hoofdtelwoord
C
bepaald rangtelwoord
D
onbepaald rangtelwoord
Slide 33 - Quiz
Het 6e lesuur zijn wij vrij.
wat is 6e?
A
bepaald hoofdtelwoord
B
onbepaald hoofdtelwoord
C
bepaald rangtelwoord
D
onbepaald rangtelwoord
Slide 34 - Quiz
Hoe noem je "tweede - tachtigste - honderdste"?
A
bepaald hoofdtelwoord
B
onbepaald hoofdtelwoord
C
bepaald rangtelwoord
D
onbepaald rangtelwoord
Slide 35 - Quiz
Twee derde van mijn klas haalde voor die toets een cijfer hoger dan een voldoende.
A
Twee derde = bepaald hoofdtelwoord
B
Twee derde = bepaald rangtelwoord
Slide 36 - Quiz
Sleep de woordsoorten naar de juiste voorbeelden.
op, na, voor, gedurende
opbergen, zijn, keek, gelopen
de, het, een
vijf, weinig, tiende, laatste
prachtig, Nederlandse, groot
Utrecht, meisje, geld, kapper
lidwoord (lw)
zelfstandig naamwoord (zn)
bijvoeglijk naamwoord (bn)
werkwoord (ww)
voorzetsel (vz)
telwoord (tw) (hoofd- en rang-)
Slide 37 - Drag question
Huiswerk
Woensdag 9 okt.
Planning:
- Hww/zww/kww
- Telwoorden
Slide 38 - Slide
Afsluiten
Slide 39 - Slide
Even oefenen..
Hij is de zoveelste al vandaag!
A
bepaald hoofdtelwoord
B
bepaald rangtelwoord
C
onbepaald hoofdtelwoord
D
onbepaald rangtelwoord
Slide 40 - Quiz
Even oefenen..
Ik heb negen pennen in mijn tas.
A
bepaald hoofdtelwoord
B
bepaald rangtelwoord
C
onbepaald hoofdtelwoord
D
onbepaald rangtelwoord
Slide 41 - Quiz
Even oefenen..
De jongen is de eerste van de sprinters.
A
bepaald hoofdtelwoord
B
bepaald rangtelwoord
C
onbepaald hoofdtelwoord
D
onbepaald rangtelwoord
Slide 42 - Quiz
Ik weet wat hoofd- en rangteelwoorden zijn
😒🙁😐🙂😃
Slide 43 - Poll
Ik ken het verschil tussen bepaalde en onbepaalde hoofdtelwoorden
😒🙁😐🙂😃
Slide 44 - Poll
Ik ken het verschil tussen bepaalde en onbepaalde rangtelwoorden.