LessonUp - Classroom
LessonUp-voorbeeldlessen

Softbal



SOFTBAL

1 / 29
next
Slide 1: Slide
Lichamelijke opvoedingMiddelbare schoolmavo, havo, vwoLeerjaar 2

This lesson contains 29 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson



SOFTBAL

Slide 1 - Slide

Uit hoeveel veldspelers bestaat een softbal team?

Slide 2 - Open question

Slide 3 - Slide

De slagman slaat de 3e bal mis, wat moet hij doen?
A
Hij is uit
B
Nog een keer slaan
C
Lopen naar honk 1
D
wisselen van team

Slide 4 - Quiz

Als de slagman de bal buiten de foutlijnen slaat noem je dat een:
A
Foutslag
B
Uitje
C
Wijdbal
D
Misslag

Slide 5 - Quiz

Slide 6 - Slide

Een bal is slag opgeworpen door de pitcher als:
A
De bal over de plaat gaat
B
Deze tussen knie en okselhoogte gegooid is
C
Beide (antwoord A + B)
D
De bal naast de plaat wordt gegooid

Slide 7 - Quiz

Wanneer mag je als honkloper lopen?
A
Als de slagman de bal slaat
B
Als de pitcher de bal omhoog houdt
C
Als de veld partij de bal vangt
D
Als de slagman gaat rennen

Slide 8 - Quiz

Slide 9 - Video

Wat gebeurt er bij een vangbal?
A
De slagman mag lopen naar honk 1
B
De slagman mag opnieuw slaan
C
Slagman is uit, de lopers moeten terug
D
Slagman is uit, het spel stopt

Slide 10 - Quiz

Bij een 'vrije loop' mag de loper:
A
Zowel worden uitgetikt als uitgebrand
B
Alleen worden uitgebrand
C
Alleen worden uitgetikt
D
niks

Slide 11 - Quiz

Bij een 'gedwongen loop' mag de loper:
A
Zowel worden uitgetikt als uitgebrand
B
Alleen worden uitgebrand
C
Alleen worden uitgetikt
D
niks

Slide 12 - Quiz

Hoeveel slag moet je hebben voordat je mag lopen als slagman?
A
0
B
1
C
2
D
3

Slide 13 - Quiz

Honk 2 en 3 zijn bezet, de slagman slaat de bal. Hoeveel lopers hebben een 'gedwongen loop'?
A
0
B
1
C
2
D
3

Slide 14 - Quiz

Honk 1, 2 en 3 zijn bezet, de slagman slaat de bal. Hoeveel lopers hebben een 'gedwongen loop'?
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 15 - Quiz

Degene die de bal opgooit voor de slagman heet:
A
De catcher
B
De pitcher
C
De vierde honkman
D
De tosser

Slide 16 - Quiz

Degene die de bal vangt achter de slagman heet:
A
De catcher
B
De pitcher
C
De vierde honkman
D
De tosser

Slide 17 - Quiz

Als de slagman heeft geslagen en in diezelfde beurt alle vier de honken kan passeren noem je dat een:

Slide 18 - Open question

Hoeveel mensen mogen erop een honk staan
A
1
B
2
C
3
D
niks

Slide 19 - Quiz

Als je een andere honkloper inhaalt dan:
A
Moet je terug
B
Krijg je een extra punt
C
Ben je uit
D
niks

Slide 20 - Quiz

De slagman slaat de bal, rent richting honk 1 en probeert honk 2 te halen. Hoe kan hij uitgemaakt worden?
A
Branden op honk 2
B
Branden op honk 2 of door hem te tikken
C
Tikken

Slide 21 - Quiz

De slagman slaat de 3e bal fout. Wat moet hij doen?
A
Niets, de slagman is uit
B
Lopen naar honk 1
C
Nog een keer slaan
D
alle antwoorden zijn goed

Slide 22 - Quiz

De slagman slaat de 2e bal fout.
A
Dit telt als een slag
B
Dit telt niet als een slag
C
hij is uit
D
alle antwoorden zijn goed

Slide 23 - Quiz

Wat is een wijdbal?
A
De bal gaat naast de plaat
B
De bal gaat boven schouders slagman
C
de Bal gaat onder de knieën slagman
D
alle antwoorden zijn goed.

Slide 24 - Quiz

Hoeveel wijd mag je hebben als slagman voordat je moet lopen?
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 25 - Quiz

Wat gebeurt er als de pitcher 4 keer een wijdbal heeft gegooid?
A
De slagman mag nog een keer slaan
B
De slagman mag 'gratis' naar honk 1
C
Slagman mag lopen en kan uitgemaakt worden
D
De slagpartij krijgt een punt

Slide 26 - Quiz

Wanneer stopt het spel?
A
Als de pitcher de bal in de lucht houdt
B
Als er een uitje wordt gemaakt
C
Bij een vangbal
D
Als de lopers terug gedrongen zijn

Slide 27 - Quiz

Wanneer is de slagman NIET uit?
A
De catcher vangt de 3e slag (een misslag)
B
Als een foutslag gevangen wordt
C
De bal wordt buiten de foutlijnen gevangen
D
Als de pitcher de slagman raakt

Slide 28 - Quiz

Slide 29 - Video