LMC Voortgezet Onderwijs

KB 2.3 Spieren

1 / 17
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Bekken
Borstkas
heupbeen
dijbeen
Knieschijf
kuitbeen
scheenbeen
botjes van de voet
schouderblad
Schedel
opperarmbeen
ellepijp
spaakbeen
botjes van de hand
Wervelkolom

Slide 2 - Drag question

Kogelgewricht
Rolgewricht
Scharniergewricht

Slide 3 - Drag question

Gewricht
Kraakbeen
Naad-verbinding
Vergroeid

Slide 4 - Drag question

2.3 Spieren

Slide 5 - Slide

Pees: verbinding tussen spier en bot, zijn taai, stevig en niet elastisch
Spier: bestaan uit spiervezels, je hebt ongeveer 600 verschillende spieren.
Spierbundel: groepje spiervezels
Spiervezel: cellen in je spieren, zijn zo dun als je haar.

Slide 6 - Slide

Spiervezel
Pees
Spier
Spiervezelbundel

Slide 7 - Drag question

Samengetrokken spiervezels:
  • zijn korter & dikker
  • trekken de botten naar elkaar toe

Ontspannen spiervezels:
  • zijn langer & smaller
  • staan toe dat de botten uit elkaar gaan

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Video

Slide 11 - Slide

Weektaak:

Leren: 2.1 & 2.2 & 2.3 = blz. 55 t/m 83
Maken: opdrachten 2.3 = blz. 76 t/m 83
        Verplicht: 1 t/m 14 & zelf samenvatten (& test jezelf)

Zorg dat de verplichte opdrachten voor de volgende les gemaakt zijn.

Lees voor de volgende les paragraaf 2.4 goed door.

Slide 12 - Slide

Praktische opdracht:
Vergelijk de skeletten van 
vissen, vogels, zoogdieren, amfibieën en reptielen.

Slide 13 - Slide

Al deze skeletten hebben veel overeenkomsten.

Schrijf onder de groepen de naam.

Kleur dezelfde botten in dezelfde kleur.

Slide 14 - Slide

Al deze skeletten hebben veel overeenkomsten.

Schrijf onder de groepen de naam.

Kleur (met potlood)
dezelfde botten in 
dezelfde kleur.
Zoogdieren
Vissen
Vogels
Amfibieën
Reptielen

Slide 15 - Slide

Amfibieën
Reptielen
Vogels
Zoogdieren
Vissen
Al deze skeletten hebben veel overeenkomsten.

Schrijf onder de groepen de naam.

Kleur (met potlood)
dezelfde botten in 
dezelfde kleur.

Slide 16 - Slide

De kleur van het vlees is afhankelijk van een aantal factoren. Zo is vlees van een jonger dier lichter dan dat van een ouder dier. Ook kan de kleur veranderen wanneer vlees minder vers is. Maar hoe jong een kalf ook is, het vlees zal nooit lichter zijn van dat van een kip. Hoe zit dat dan?

Myoglobine
De kleur van het vlees wordt voor het grootste gedeelte bepaald 
door het eiwit myoglobine. Hoe meer myoglobine vlees bevat, 
hoe roder het is. Hoeveel myoglobine vlees bevat is weer 
afhankelijk van het soort spiervezel (vlees = spier). 
Die bestaan er in twee types: type 1 en type 2.

Type spiervezels
Rood vlees bevat veel type 1 spiervezels. Deze spiervezels kunnen lang en relatief intensief gebruikt worden zonder snel moe te worden. Denk aan staan, grazen of in sommige gevallen zelfs zwaar werk verzetten zoals een ploeg voorttrekken. Deze spiervezels zie je dus terug bij runderen, paarden, schapen en varkens. 'Wit' vlees bevat meer type 2 spiervezels. Dieren met deze spiervezels kunnen makkelijk snelle en korte bewegingen maken. Dit soort spiertype zie je terug bij pluimvee. Ahà!



Waarom is kippenvlees licht en rundvlees rood?

Slide 17 - Slide