LMC Voortgezet Onderwijs

H12.1

H12 Vergelijkingen
Terugblik H7:
  • ik weet wat een formule in woorden is
  • ik kan een formule in woorden maken
  • ik weet wat een pijlenketting is
  • ik kan een pijlenketting maken
1 / 10
next
Slide 1: Slide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

This lesson contains 10 slides, with text slides and 2 videos.

Items in this lesson

H12 Vergelijkingen
Terugblik H7:
  • ik weet wat een formule in woorden is
  • ik kan een formule in woorden maken
  • ik weet wat een pijlenketting is
  • ik kan een pijlenketting maken

Slide 1 - Slide

H12.1 werken met formules
H12.1 Leerdoel:

  • ik kan bij een pijlenketting een (wiskundige) formule maken
  • ik kan een letterformule maken

Slide 2 - Slide

H12. werken met formules
Je krijgt een pijlenkettig. 
Bijvoorbeeld:


Je moet er een (wiskundige) formule van maken.
En dat doe je zo: 


Je ziet dat de pijlen weggelaten zijn en dat er een =-teken staat voor de uitkomst. 
Eigenlijk maak je er nu een 'sommetje' van. Je kunt dat 'sommetje' alleen niet uitrekenen, want je weet (nog) niet hoeveel minuten je moet invullen. Dat is niet erg. Daarom heet het juist een formule.

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Video

12.1     Maak:
Opdracht 1 t/m 5
(blz. 160 t/m 161 uit boek 1B)

Slide 5 - Slide

12.1 Letterformules
Hierboven zie je een pijlenketting en een wiskundige formule. 
Nog steeds moeten we veel schrijven. Dat kan korter. 
Daarom gaan we de woorden afkorten met letters. De letterformule wordt dan:
Letterformule:
a x 0,10 + 0,75 = k
a = aantal minuten
k = kosten in euro's

Slide 6 - Slide

12.1 Letterformules
Hierboven zie je een pijlenketting en een wiskundige formule. 
Nog steeds moeten we veel schrijven. Dat kan korter. 
Daarom gaan we de woorden afkorten met letters. De letterformule wordt dan:
Letterformule:
a x 0,10 + 0,75 = k
a = aantal minuten
k = kosten in euro's

Slide 7 - Slide

12.1 Letterformules
Letterformule:
a x 0,10 + 0,75 = k
a = aantal minuten
k = kosten in euro's
In de video wordt uitgelegd dat je het keerteken als een punt mag schrijven. Ook wordt dan gezegd dat je eerst het getal en dan de letter noteert. Als je dit begrijpt, dan mag dat. Maar je mag de letterformule ook zo laten staan als in het voorbeeld hierboven. 

Slide 8 - Slide

0

Slide 9 - Video

12.1     Letterformule maken
Opdracht 7 
(blz. 162 uit boek 1B)

Slide 10 - Slide