What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
LMC Voortgezet Onderwijs
‹
Return to search
Organen van dieren
2.1 : Organen van dieren
1 / 19
next
Slide 1:
Slide
Biologie
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
This lesson contains
19 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
2.1 : Organen van dieren
Slide 1 - Slide
De leerdoelen
Je kunt organen benoemen in een torso en in een dwarsdoorsnede van de romp.
(de dwarsdoorsnede staat in je opdrachten)
Je kunt organen benoemen in orgaanstelsels van mensen en dieren.
Slide 2 - Slide
De organen van een mens
.
Slide 3 - Slide
Organen
Ons lichaam is opgebouwd uit organen.
Orgaan: deel van een organisme met één of meer functies.
Als organen
"samenwerken"
met hun taken dan horen deze bij een
orgaanstelsel
Slide 4 - Slide
Slide 5 - Slide
Orgaanstelsels
Slide 6 - Slide
Benoem de orgaanstelsel
Slide 7 - Slide
Organen van dieren
zoogdieren:
dezelfde organen en orgaanstelsels
Slide 8 - Slide
Ook insecten hebben organen en orgaanstelsels
Organen van dieren
Slide 9 - Slide
het skelet is geen orgaanstelsel
A
niet waar
B
waar
Slide 10 - Quiz
Een dier bestaat uit vele verschillende organen
A
Waar
B
Niet waar
Slide 11 - Quiz
een orgaan is een deel van een organenstelsel
A
waar
B
niet waar
Slide 12 - Quiz
Wat is een orgaanstelsel?
A
organisme
B
allemaal cellen bij elkaar die een functie hebben
C
organen die samen een functie hebben.
D
weefsel
Slide 13 - Quiz
Tot welk organenstelsel behoort dit orgaan?
A
Tot het beenderstelsel.
B
Tot het bloedvatenstelsel.
C
Tot het verteringsstelsel.
D
Tot het zenuwstelsel.
Slide 14 - Quiz
Bij welk organenstelsel hoort dit orgaan?
A
Bloedvatenstelsel
B
Zenuwstelsel
C
Beenderstelsel
D
Spierstelsel
Slide 15 - Quiz
Is een orgaan een groep organenstelsels die samenwerken?
A
Ja
B
Nee
Slide 16 - Quiz
In de afbeelding is een orgaan van een mens getekend. Tot welk organenstelsel behoort dit orgaan?
A
Tot het ademhalingsstelsel.
B
Tot het bloedvatenstelsel.
C
Tot het spierstelsel.
D
Tot het zenuwstelsel.
Slide 17 - Quiz
Je tong is geen orgaan.
A
juist
B
onjuist
Slide 18 - Quiz
Wat is een ander woord voor levend wezen?
A
Orgaan
B
Dier
C
Organisme
D
Plant
Slide 19 - Quiz