LMC Voortgezet Onderwijs

m4 se3 oefenen (tt3 vragen herhalen)

wij gaan oefenen voor de SE
groene gekleurde vragen gaan over 
 h3 organisme en hun omgeving 
blauw h11 erfelijkheid 
roze h5 gedrag en 
 
1 / 17
next
Slide 1: Slide
Nask / BiologieMiddelbare schoolmavoLeerjaar 4

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 40 min

Items in this lesson

wij gaan oefenen voor de SE
groene gekleurde vragen gaan over 
 h3 organisme en hun omgeving 
blauw h11 erfelijkheid 
roze h5 gedrag en 
 

Slide 1 - Slide

De ziekte van Duchenne is een aangeboren spierziekte die wordt veroorzaakt door een recessief gen op het X-chromosoom.
Wie hebben meer kans op de ziekte van Duchenne, mannen of vrouwen? Leg je antwoord uit.

Slide 2 - Open question

Een leeuw en een leeuwin hebben evenveel chromosomen.

Slide 3 - Mind map

Organismen van dezelfde soort hebben precies dezelfde erfelijke eigenschappen.

Slide 4 - Mind map

Bijen: Van ei tot bij

In een groep honingbijen legt de koningin de eitjes. Deze eitjes kunnen bevrucht of onbevrucht zijn.
Uit bevruchte eitjes kruipen na drie dagen larven. De larven verpoppen
zich na zes dagen. In het popstadium, dat twaalf dagen duurt, ontwikkelen de larven zich tot volwassen vrouwtjes. Bijna alle vrouwtjes worden werksters. Als een larve uit een bevrucht eitje speciaal voedsel krijgt, ontwikkelt ze zich tot koningin.
Uit onbevruchte eitjes ontstaan mannetjes, de darren. Deze bijen maken dezelfde ontwikkeling door van ei tot bij, maar hun popstadium duurt
vijftien dagen.

Bijen: Van ei tot bij

In een groep honingbijen legt de koningin de eitjes. Deze eitjes kunnen bevrucht of onbevrucht zijn.
Uit bevruchte eitjes kruipen na drie dagen larven. De larven verpoppen zich na zes dagen. In het popstadium, dat twaalf dagen duurt, ontwikkelen de larven zich tot volwassen vrouwtjes. Bijna alle vrouwtjes worden werksters. Als een larve uit een bevrucht eitje speciaal voedsel krijgt, ontwikkelt ze zich tot koningin.
Uit onbevruchte eitjes ontstaan mannetjes, de darren. Deze bijen maken dezelfde ontwikkeling door van ei tot bij, maar hun popstadium duurt vijftien dagen.

Slide 5 - Slide

Een dar uit een groep honingbijen heeft 16 chromosomen in een cel van zijn vleugel.
Hoeveel chromosomen bevinden zich in een onbevruchte eicel van de koningin van deze groep?

Slide 6 - Open question

In een dierentuin bevinden zich twee vijvers waarin guppy’s leven. Deze vissen eten onder andere muggenlarven en algen. Algen zijn kleine organismen met bladgroenkorrels. Muggenlarven eten ook algen. In de omgeving van de vijvers leven twee slangenhalsvogels die op guppy’s jagen.
Als er voldoende voedsel is en het water de juiste temperatuur heeft, planten guppy’s zich razendsnel voort.
Maak een voedselketen met de gegevens uit de tekst.

Slide 7 - Open question

schrijf de formule van verbranding op

Slide 8 - Open question

schrijf de formule van fotosynthese op

Slide 9 - Open question

planten doen in het donker aan fotosynthese

Slide 10 - Mind map

bastvaten lopen
A
van de bladeren naar beneden
B
van de bladeren omhoog
C
van de wortels naar boven
D
van de wortels de grond in

Slide 11 - Quiz

welke stoffen kunnen houtvaten vervoeren?

Slide 12 - Open question

in een ethogram houdt je bij wat een dier doet in een bepaalde tijd.
A
juist
B
onjuist

Slide 13 - Quiz

een sleutelprikkel ...
A
is een vorm van gedrag
B
is aangeleerd
C
roept altijd de zelfde reactie op

Slide 14 - Quiz

Geef een voorbeeld van een inwendige prikkel

Slide 15 - Mind map

Op welke manier kunnen dieren met elkaar communiceren?

Slide 16 - Open question

inprenten is een manier van leren waarbij
A
je leert door te proberen
B
een gansje zijn eigen moeder herkent en blijft volgen
C
je ergens gewend aan raakt en niet meer reageert
D
je leert door na te doen

Slide 17 - Quiz