This lesson contains 83 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.
De omtrek of rand van wat in beeld is;
soms in de vorm van een lijst.
De primaire kleuren: ROOD-GEEL-BLAUW
Je kunt ze niet mengen, maar je kunt er wel alles méé mengen!
Om te beginnen de secundaire kleuren
Het toekennen van betekenis aan kleuren.
Bijvoorbeeld:
Mono betekent één: er is één kleur gebruikt.
Poly betekent veel: er zijn verschillende kleuren gebruikt.
Een kunstenaar kan kiezen om natuurlijke kleuren te gebruiken: de kleuren die voorwerpen in de werkelijkheid ook hebben. Maar je kunt ook kiezen voor onnatuurlijke kleuren, bijvoorbeeld een paarse boom met een roze lucht: dat heeft een vervreemdende werking, of bijvoorbeeld een symbolische betekenis.