What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
LMC Voortgezet Onderwijs
‹
Return to search
1.3
WELKOM
3 Kader
Welkom
1 / 36
next
Slide 1:
Slide
Aardrijkskunde
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 3
This lesson contains
36 slides
, with
interactive quizzes
,
text slides
and
3 videos
.
Lesson duration is:
60 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
WELKOM
3 Kader
Welkom
Slide 1 - Slide
Lesplanning
Terugblik les 2
10 min
Uitleg paragraaf 1.3 deel 1
10 min
Maken 1.3 opdracht
10 min
Uitleg paragraaf 1.3 deel 2
10 min
Afmaken paragraaf 1.3
15 min
Bespreken paragraaf 1.3
10 min
Lesafsluiten
5 min
Slide 2 - Slide
Slide 3 - Slide
Kowloon-een stadsdorp
Slide 4 - Slide
Stadsdorp
Je zag/ziet hier een extreem voorbeeld van een stadsdorp. Inmiddels ook alweer gesloopt.
Slide 5 - Slide
Slide 6 - Video
Noem minimaal 2 redenen waarom sommige gebieden dunbevolkt zijn.
Slide 7 - Open question
Wat is een natuurlijke factor waardoor de bevolkingsdichtheid hoog is in gebieden?
A
Werkgelegenheid
B
Ligging bij water
C
Cultuur
D
Lekker eten
Slide 8 - Quiz
Kies 2 provincies waar de bevolkingsdichtheid hoog is in Nederland.
A
Zuid-Holland en Zeeland
B
Zeeland en Groningen
C
Groningen en Utrecht
D
Noord-Holland en Zuid-Holland
Slide 9 - Quiz
Dunbevolkt
Dichtbevolkt
Zeeland
Utrecht
Veel mensenper km2
weinig mensen
per km2
Slide 10 - Drag question
Als de bevolkingsdichtheid 8 is, betekend dat .......
A
er 6 mensen per km2 wonen
B
er in een land 8 mensen wonen
C
er 8 mensen per m2 wonen
D
er 8 mensen per km2 wonen
Slide 11 - Quiz
1.3 Natuurlijke bevolkingsgroei
Slide 12 - Slide
Wat gaan we leren?
Aan het eind van de les weet je:
Welke invloed het geboortecijfer en het sterftecijfer hebben op de bevolkingsgroei
Waardoor geboorte en sterfte in arme landen en in rijke landen veranderen
Slide 13 - Slide
Slide 14 - Video
Wat is het geboortecijfer?
Wat is de betekenis van het woord?
Slide 15 - Open question
Geboortecijfer
Het aantal geboorten per 1000 inwoners in een jaar noemen we het geboortecijfer.
Slide 16 - Slide
Sterftecijfer
Het aantal mensen dat in een jaar overlijdt per 1000 inwoners, noemen we het sterftecijfer.
Slide 17 - Slide
Natuurlijke bevolkingsgroei:
Geboortecijfer - sterfte cijfer=
natuurlijke bevolkingsgroei
Slide 18 - Slide
Natuurlijke bevolkingsgroei
Slide 19 - Slide
In Nederland is het geboortecijfer 11, het sterftecijfer is 9. We hebben een .........
A
geboorteoverschot
B
sterfteoverschot
Slide 20 - Quiz
In Duitsland is het geboortecijfer 9 en het sterftecijfer is 11, we hebben een ....
A
geboorteoverschot
B
sterfteoverschot
Slide 21 - Quiz
Slide 22 - Slide
bevolkingsmodel
(of transitiemodel)
Geboortecijfer
Sterftecijfer
Geboorteoverschot
Sterfteoverschot
Slide 23 - Slide
Fase 1
Hoog geboortecijfer
Hoog sterftecijfer
= bevolking blijft gelijk
Fase 3
Daling geboortecijfer
Laag sterftecijfer
= bevolking groeit
Fase 2
Hoog geboortecijfer
Daling sterfecijfer
= bevolking groeit
Fase 4
Laag geboortecijfer
Laag sterftecijfer
= bevolking blijft gelijk (of krimpt)
Slide 24 - Slide
In welke fases is er grote bevolkingsgroei?
A
fase 1 en 4
B
fase 1 en 3
C
fase 2 en 4
D
fase 2 en 3
Slide 25 - Quiz
Arme landen zitten vooral in fase .... en fase ...
A
fase 1 en 2
B
fase 2 en 4
C
fase 1 en 4
D
fase 5 en 6
Slide 26 - Quiz
Aan de slag
Wat?
Maak paragraaf 1.3 opdracht 1 t/m 8
Hoe?
Zelfstandig, overleggen mag
Hulp?
Buur, docent, boek
Tijd?
10 minuten
Resultaat?
Huiswerk is af
Klaar?
Maak paragraaf 1.1 + 1.2 af
Ook daarmee klaar?
Maak 1.3 verder af
timer
10:00
Slide 27 - Slide
Noem 2 redenen waarom in arme landen het geboortecijfer hoog is.
Slide 28 - Open question
Redenen hoog geboortecijfer
- weinig voorbehoedsmiddelen
- veel kindersterfte
- kinderen als oudedagsvoorziening
- kinderen geven aanzien
- cultureel bepaald
- godsdienst is belangrijk
Slide 29 - Slide
Slide 30 - Slide
Slide 31 - Video
Vergrijzing
Mensen blijven steeds langer leven door betere gezondheidszorg.
Er komen dus steeds meer ouderen in de samenleving.
Slide 32 - Slide
Vergrijzing
Slide 33 - Slide
Slide 34 - Slide
Slide 35 - Slide
Aan de slag
Wat?
Maak paragraaf 1.3 helemaal af
Hoe?
Zelfstandig, overleggen mag
Hulp?
Buur, docent, boek
Tijd?
Tot het einde van de les
Resultaat?
Huiswerk is af
Klaar?
Haal een AK-puzzel bij de docent
Slide 36 - Slide