This lesson contains 11 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 60 min
Introduction
De leerlingen kunnen vier verschillende emoties benoemen bij muziekstukken en verhaallijnen. Ze kunnen een toneelstukje op muziek opvoeren en kijken kritisch naar het toneelspel van klasgenoten.
Oriënteren: Waarom krijg je bepaalde emoties als je een verhaal leest?
Onderzoeken: Welke emotie zit in welk muziekstuk?
Uitvoeren: Beeld je eigen stukje van het verhaal uit
Reflecteren: Tips en tops. Is de bedoelde emotie goed overgekomen?
Instructions
Benodigdheden:
eventueel attributen voor het toneelspel. Denk aan: een mandje, een rode cape, een wolvenkop, een pyjama
de bijlage met het sprookje Roodkapje
Aan het einde van de les kunnen de leerlingen:
actief luisteren naar muziek uit een breed muziek repertoire, aansluitend op hun belevingswereld;
kennisnemen van betekenissen die anderen aan muziek geven, waaronder de componist;
verschillen in klank en vormaspecten 'herhaling' en 'contrast' in een breed repertoire van muziek herkennen en benoemen;
de gemaakte keuzes uit hun muzikale ideeën en alternatieven toelichten;
alleen of in een groepje een kort muziektheater stukje aan anderen presenteren.
Extra uitleg:
In deze les nemen we het sprookje van Roodkapje als uitgangspunt. In dit verhaal komen verschillende emoties voor. Emoties als bang, vrolijk, verdrietig, boos, opgelucht, ze zitten er allemaal in. Je kunt leerlingen zelf een stukje van het sprookje uit laten kiezen dat past bij hun muziekstuk, je kunt ook de stukjes van te voren al uitkiezen.
Je kunt als uitgangspunt een bestaand verhaal nemen, maar je kunt ook samen met de leerlingen een verhaal bedenken. Ook kunnen de leerlingen het hele verhaal zelf schrijven.
Mochten de leerlingen het nog erg lastig vinden om te bedenken hoe het verhaal verder gaat, dan kun je ze ook helpen door zelf al een aantal scenario’s te bedenken en de leerlingen deze verder te laten uitwerken.
In deze les kun je goed een verhaal gebruiken dat aansluit bij een relevant thema. Schrijf zelf een verhaal of gebruik een verhaal waar jullie in de klas al mee werken.
Worksheets
Items in this lesson
Zeg Roodkapje...
10
Tip!
Klik op het notitie icoontje rechtsonder de volgende slides voor een korte lesuitleg.
Slide 1 - Slide
This item has no instructions
Weet jij waarom en wanneer je bepaalde gevoelens kunt krijgen van een verhaal?
Slide 2 - Mind map
Toelichting slide 2
Praat met de leerlingen over hoe je bepaalde gevoelens kan krijgen van een verhaal. Sommige verhalen zijn spannend, sommige grappig, sommige verdrietig.
Dit komt doordat er iets gebeurt in het verhaal dat die emotie bij je oproept. Vul het woordweb in met steekwoorden uit het gesprek.
Fragment 1
Fragment 2
Fragment 3
Fragment 4
De muziek klinkt...
Slide 3 - Slide
Toelichting slide 3
Luister naar de muziekfragmenten op dia 3. Vraag de leerlingen welke emotie past bij welk fragment.
Slide 4 - Slide
Toelichting slide 4
Lees samen het sprookje van Roodkapje (bijlage les).
Bekijk daarna slide 5 t/m 8.
Past de muziek bij de verschillende delen van het verhaal? Waarom wel, waarom niet?
Als de leerlingen aangeven dat de muziek NIET goed aansluit, ga dan samen op zoek naar andere muziek!
Groep 1:
Bron: https://www.artstation.com/artwork/ymynJ
Roodkapje gaat naar oma. Met haar mandje gevuld met eten loopt ze door het bos.
Slide 5 - Slide
Toelichting slide 5 t/m 8
Verdeel de klas in groepjes
Per groepje krijgen de leerlingen een muziekstuk en een stukje van het verhaal toegewezen (keuze uit 4 want 4 verschillende slides)
Zij gaan dit stukje voorbereiden als toneelstukje. Vertel de leerlingen dat zij goed hun best doen om de emotie die past bij het stukje te laten zien.
Terwijl de leerlingen de stukjes spelen laat je op de achtergrond de muziek meespelen die past bij hun stukje. De passende geluidsfragmenten staan per dia al op de juiste plek.