Quadraam
Ruimte voor talent

Les H2.2

Telefoon?
Voor aanvang van de les in de kluis of op eigen risico in de bak. 

Zorg dat je op tafel hebt liggen: 
- Pen;
-Rekenmachine; 
- Schrift; 
- Boek
1 / 32
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

This lesson contains 32 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Telefoon?
Voor aanvang van de les in de kluis of op eigen risico in de bak. 

Zorg dat je op tafel hebt liggen: 
- Pen;
-Rekenmachine; 
- Schrift; 
- Boek

Slide 1 - Slide

Eindexamensite
Koppel je met de link op its learning > economie > mededeling. 

Ideaal om je voor te bereiden op toetsen, eindexamen èn als keuzewerk om af te tekenen. 

Slide 2 - Slide

Programma 
  • Terugblik vorige les 
  • Doelen van deze les 
  • Uitleg paragraaf 2.2
  • 10 minuten in stilte aan het werk
  • Bespreken vraag van de week
  • Aan het werk (keuze) 
  • Afronding van deze les 

Slide 3 - Slide

Het kopen van een broodje bij de bakker valt onder...
A
Vaste lasten
B
Huishoudelijke uitgaven
C
Dagelijkse uitgaven
D
Incidentele uitgaven

Slide 4 - Quiz

Het kopen van een zeiljacht valt onder...
A
Vaste lasten
B
Huishoudelijke uitgaven
C
Dagelijkse uitgaven
D
Incidentele uitgaven

Slide 5 - Quiz

Piet krijgt 10 euro zakgeld per week. Hoeveel is dit per maand?
A
43,33 euro
B
40 euro
C
120 euro
D
520 euro

Slide 6 - Quiz

De kwartaalbijdrage voor een sport abonnement is 120 euro. Hoeveel is dit per maand?
A
480 euro
B
40 euro
C
30 euro
D
10 euro

Slide 7 - Quiz

Rekenen met weken, maanden en jaren
Een jaar bestaat uit 12 maanden en 52 weken. 
Een maand bestaat niet exact uit 4 weken! 

Jaar > maand = jaarbedrag : 12 maanden 
Maand > jaar = maandbedrag x 12 maanden 
maand > week = maandbedrag x 12 maanden : 52 weken 
week > maand = weekbedrag x 52 weken : 12 maanden

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Video

Doelen van deze les 
  • Om welke reden sparen mensen?
  • Je kunt berekenen wat sparen oplevert.
  • Je weet wat beleggen is en wat de voor- en nadelen hiervan zijn. 

Slide 10 - Slide

Waarom sparen mensen?

Slide 11 - Slide

Reden 1: Het levert rente op.

Slide 12 - Slide

Reden 2: Je hebt een spaardoel

Slide 13 - Slide

Reden 3: je spaart uit voorzorg

Slide 14 - Slide

Rekenen met rente 
Enkelvoudige rente 
stap 1: reken 1% uit (delen door 100) 
stap 2: bedrag 1% x rentepercentage = rentebedrag. 

Samengestelde rente (over meerdere jaren)
Stap 1 en 2 is gelijk aan enkelvoudige rente. Het bedrag bij stap 2 neemt ieder jaar toe met de uitgekeerde rente. 

Slide 15 - Slide

Rekenen met spaarrente 
Mirjam spaart 5.000 euro op een spaarrekening 
met een rente van 2,5% (per jaar). 

1. Hoeveel (enkelvoudige) rente ontvangt Mirjam na twee jaar? 

2. Hoeveel (samengestelde) rente ontvangt Mirjam  na twee jaar?
Antwoorden
1.
5.000 : 100 = 50 euro (1%) 
50 x 2,5% = 125 euro aan rente. 

2x125 = 250 euro

2. 
5.000 : 100 = 50 euro (1%)
50 x 2,5% = 125 euro aan rente. 

5.000 + 250 = 5.125 (nieuwe saldo) 
5.125 : 100 = 51,25 euro (1%) 
51,25 x 2,5 = 128,125 

125 + 128,125 = 253,125 = 253,13 euro (afronden op het einde!)

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Video

Het vorige filmpje is niet meer actueel. Waarom niet?

Slide 18 - Open question

Nu:
De inflatie is 6-8% 
Terwijl de spaarrente in NL op dit moment schommelt tussen de 1-1,5%. Dit is een stuk lager.

Het geld wat je hebt, wordt dus eigenlijk minder waard. 

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Video

Beleggen 
Investeren in iets waarvan je verwacht dat de waarde toeneemt. 

Hierin heb je heel veel mogelijkheden, zoals: 

Slide 21 - Slide

Aandelen 
koerswinst en dividend.

Slide 22 - Slide

Woning kopen: waarde neemt toe

Slide 23 - Slide

Obligaties: lening overheid of bedrijf. Levert rente op. 

Slide 24 - Slide

Voordelen beleggen

  • Je kunt hoge winsten halen. 
  • Naast dat de waarde van je investering kan stijgen krijg je ook vaak extraatjes zoals rente of  dividend. 
Nadelen beleggen

  • Je loopt een risico. Je kunt (een deel) van je inleg verliezen. 
  • De waarde van je  belegging kan vaak veranderen. 
  • Onzekerheid kan voor stress zorgen. 

Slide 25 - Slide

Aan het werk 

De komende 10 minuten gaat iedereen aan het werk met deze opdrachten. Je kunt nu geen vragen stellen of overleggen. 

Begin met het opgave 5, 6, 7 en 9 deze gaan we zo bespreken. 
Maken H2.2 opdrachten: 1 t/m 9.

timer
10:00

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Slide

Slide 28 - Slide

Antwoord
1. 81 euro is de prijs per aandeel. 80x150 = 12.150 euro 
2. 91 euro is de prijs per aandeel. 
90x150 = 13.650 euro 

13.650 - 12.150 = 1.500 euro koerswinst. 
deel / geheel x 100 
1.500 / 12.150 x 100 = 12,3% 

OF

13.650 / 12.150 x 100 = 112,3% = 12,3%

Opmerking: je kunt een ander bedrag hebben afgelezen uit de grafiek. Toegestaan: 80 en 82 euro / 90 en 92 euro. 

Slide 29 - Slide

Keuzewerk


Je kunt aan de slag met de volgende keuzes: 
  • Huiswerk maken H2.2 opdrachten: 1 t/m 9. 
  • Maken eindexamensite vragen categorie 'aftekenen deeltaak 1'
  • Maken eigen samenvatting + rekenopdrachten 
  • Eigen keuze: in overleg met Tobias 
timer
10:00

Slide 30 - Slide

Afronding van deze les 
  • Om welke reden sparen mensen?
  • Je kunt berekenen wat sparen oplevert.
  • Je weet wat beleggen is en wat de voor- en nadelen hiervan zijn. 

Slide 31 - Slide

Slide 32 - Slide