Quadraam
Ruimte voor talent

Week 4 Kijk en luisteren H1

Welkom 4B! Wat gaan we doen?
De dag van vandaag.....
Kijk en luisteren
- Opdracht klassikaal ( In lesson up!)
Woordenschat blz. 99
- Uitleg taaltrucjes
- Opdracht 1 en 2 nakijken
- 3 en 4 
1 / 13
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 4

This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Welkom 4B! Wat gaan we doen?
De dag van vandaag.....
Kijk en luisteren
- Opdracht klassikaal ( In lesson up!)
Woordenschat blz. 99
- Uitleg taaltrucjes
- Opdracht 1 en 2 nakijken
- 3 en 4 

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Joy denkt op school minder aan haar moeder, omdat ze erg geconcentreerd is. Dat is:
A
Waar
B
niet waar

Slide 3 - Quiz

Wat voor ziekte heeft Joys moeder?
A
diabetes
B
bronchitis
C
longemfyseem

Slide 4 - Quiz

Op welke manier gaat Joys moeder naar de bovenverdieping?



A
heel langzaam lopend
B
leunend op Joy
C
met een traplift

Slide 5 - Quiz

Joy is geobsedeerd door Engeland en vliegtuigen. Dat betekent:


A
Joy denkt bijna nooit aan Engeland en vliegtuigen.
B
Joy denkt heel vaak aan Engeland en vliegtuigen.
C
Joy denkt zo nu en dan aan Engeland en vliegtuigen.

Slide 6 - Quiz

Welke dingen doet Joy in het huishouden?

A
stofzuigen, de was ophangen en eten koken
B
stofzuigen, de was ophangen en de bedden opmaken
C
stofzuigen, eten koken en de bedden opmaken

Slide 7 - Quiz

Wat is Joys lievelingsvliegtuig?


A
Britisch Airways
B
Flybe
C
Transavia

Slide 8 - Quiz

6Wat vindt Joy niet mooi aan de Transavia-vliegtuigen?


A
de groene binnenkant
B
het logo van de vliegtuigmaatschappij
C
de vorm van het vliegtuig

Slide 9 - Quiz

Waar wil Joy later een tattoo?


A
boven haar hart of op haar pols.
B
op haar bovenarm of boven haar hart
C
op haar bovenarm of op haar pols

Slide 10 - Quiz

Hoe oud was Joy toen ze een tattoo op haar vaders arm zette?

A
drie jaar
B
tien jaar
C
dertien jaar

Slide 11 - Quiz

Wat voor ziekte heeft Joys vader?


A
diabetes
B
bronchitis
C
longemfyseem

Slide 12 - Quiz

Hoe kom je te weten wat Joy denkt?


A
Joy zegt wat ze denkt.
B
Je ziet wat Joy denkt.
C
Joy zegt wat ze denkt en je ziet het.

Slide 13 - Quiz