H4.1 voor wie werk je? deel 2

• Economie
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 3

Welkom bij het vak 

Economie

Pak je boek en spullen voor je,

mobieltjes in de telefoonzak, jassen uit en tassen van tafel

Lesdoelen

wat vaste en flexibele arbeid is

& 

wat een oproepkracht/oproepcontract is

&

wat grijs, wit en zwart werk is.

Huiswerk controle

Huiswerk H4.1 :

Hele paragraaf

Vaste baan

Je hebt een vaste baan, als je contract voor onbepaalde tijd meegaat. 

Staat er wel een einddatum in je arbeidsovereenkomst, dan heb je een tijdelijke baan / tijdelijk contract.

tijdelijke contracten

Met een flexibele baan werk je alleen als je werkgever je nodig heeft. 2 voorbeelden van flexibele contracten zijn:

• Een uitzendbaan, je werkt dan voor een uitzendbureau
• Een oproepkracht, je hebt dan een vast aantal uren en je werkt wanneer je werkgever je nodig heeft.

proeftijd 

Een tijd waarin je werkgever zonder reden je arbeidscontract kan opzeggen. 

• dit is vaak 1/2 maand(en).
• als je contract korter is dan 6 maanden, dan mag je geen proeftijd.

Aan de slag!

Kader:

Maken: Kader: Opdr. 7, 8, 9

(Blz. 108/109)

rood = Iedereen is stil

  

oranje = Je mag de docent een vraag stellen

groen = Je mag met elkaar fluisterend 

overleggen

Grijs, wit en zwart werk

1. Wit werk : legaal werk waarover je belasting betaald.
2. Grijs werk : Gratis vrijwilligerswerk of huishoudelijk werk.
3. zwart werk : illegaal werk, waarover je geen belasting betaald.

Goed voor de economie

Alle 3 de vormen van werk zijn goed, leg dit uit.

waarom is Wit werk goed?

Waarom is grijs werk goed?

Waarom is zwart werk goed?

Wie oh wie krijgt de beurt?!

Aan de slag!

Kader:

Maken: Kader: Opdr. 10, 11

(Blz. 109)

rood = Iedereen is stil

  

oranje = Je mag de docent een vraag stellen

groen = Je mag met elkaar fluisterend 

overleggen

Lesdoelen behaald?

wat vaste en flexibele arbeid is

& 

wat een oproepkracht/oproepcontract is

&

wat grijs, wit en zwart werk is.