Quadraam
Ruimte voor talent

Mundo Wie ben ik? Blok 2

M&M Blok 2 Waar kom je vandaan?

Waar gaat dit blok over?
We gaan terug in de geschiedenis!
* tijdvakken en kenmerken
* het schrift en bronnen
* jaartelling
1 / 35
next
Slide 1: Slide
Mens en MaatschappijMiddelbare schoolvmbo, mavoLeerjaar 1

This lesson contains 35 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

M&M Blok 2 Waar kom je vandaan?

Waar gaat dit blok over?
We gaan terug in de geschiedenis!
* tijdvakken en kenmerken
* het schrift en bronnen
* jaartelling

Slide 1 - Slide

Blok 2 Waar kom je vandaan? Les 1

Wat gaan we doen deze les:

Blok 1 herhalen

Uitleg Blok 2

Zelfstandig werken

Les nabespreken



Slide 2 - Slide

Wat en GEEN voorbeeld van een inrichtingselement?
A
Kerk
B
Fiets
C
Snelweg
D
Bioscoop

Slide 3 - Quiz

Hoe heet de lijn die de aarde verdeeld in het noordelijk- en het zuidelijk halfrond?
A
Lengtemeridiaan
B
Evenaar
C
Equator
D
Nulmeridiaan

Slide 4 - Quiz

Als je al ongeveer weet waar een land ligt, dan vind je dat land het snelst via...
A
de inhoud
B
het namenregister
C
de bladwijzer
D
de legenda

Slide 5 - Quiz

Van cm naar km en andersom.

Slide 6 - Slide

Van cm naar km...
A
streep je 5 nullen weg
B
gaat de komma 3 plaatsen naar links
C
is delen door 100
D
dat kan helemaal niet!

Slide 7 - Quiz

De afstand van plaats A naar B op een kaart is 20 cm. De schaal is 1: 200.000. Wat is de echte afstand in km?
A
40 km
B
400 km
C
24.000 km
D
240 km

Slide 8 - Quiz

Leerdoelen:
1: Vertellen hoe wij aan informatie over het verleden komen.
2: Uitleggen waarom kennis over je eigen geschiedenis belangrijk is.
3: De namen van de tijdvakken en periodes opnoemen.
4: Met de kenmerken van een tijd een tijdvak herkennen.
5: Uitleggen waarom tijdvakken steeds korter worden.

Slide 9 - Slide

De tien tijdvakken
  • Bedacht voor het onderwijs
  • Beginnen allemaal met: "De tijd van..."
  • Zijn niet allemaal even lang: sommige zijn meer dan 1000 jaar, andere maar 50 jaar... Er gebeurt steeds meer in korte tijd.
  • Er is gekeken naar kenmerken: "Waaraan kun je ze herkennen? Welke grote gebeurtenis of verandering vond plaats?

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Video

Slide 12 - Slide

Tijdwijzer in je boek
* Welke bladzijde?
* Kenmerken van de tijdvakken:
1: Icoon =
2: Kenmerkende aspecten =
* Welke tijdvakken worden in leerjaar 1 besproken?
* Wat betekenen die blauwe puntjes?

Slide 13 - Slide

Tijd indelen in periodes

 

Oefenen met tijdindelen in periodes

Slide 14 - Slide

Aan het werk:

Aanvinken opdrachten:2, 3, 4, 6, 7, 8, 9, 10, 12, 13 en 18.
Lezen bladzijde: 34 de tekst: Tijd in stukken.
 Maken deze les opdrachten 2, 3 en 4.
Klaar: lezen: De uitvinding van het schrift blz: 38

Slide 15 - Slide

Leerdoelen:
1: Vertellen hoe wij aan informatie over het verleden komen.
2: Uitleggen waarom kennis over je eigen geschiedenis belangrijk is.
3: De namen van de tijdvakken en periodes opnoemen.
4: Met de kenmerken van een tijd een tijdvak herkennen.
5: Uitleggen waarom tijdvakken steeds korter worden.

Slide 16 - Slide

Vervolg leerdoelen:
6: Uitleggen waarom de uitvinding van het schrift belangrijk was.
7: Verschil kunnen beschrijven tussen Préhistorie en Historie.
8: Bronnen; directe en indirecte bronnen kunnen noemen.
9: Voorbeelden geven van verschillende jaartellingen.
* Begrippen kennen.


Slide 17 - Slide

Hoe kan je meer informatie vinden
over hoe mensen vroeger leefden
of over gebeurtenissen?

Slide 18 - Mind map

De uitvinding van het schrift

Historici noemen de tijd dat mensen (nog) niet konden schrijven de prehistorie.

Als een volk geschreven bronnen gaat maken start de historie. De prehistorie eindigt niet overal tegelijk!

Slide 19 - Slide

Soorten bronnen
• Geschreven bronnen --> brief, dagboek
 •Ongeschreven bronnen --> schilderij,     grottekening 
• Directe bronnen --> uit de tijd zelf
 • Indirecte bronnen --> uit de tweede hand

Slide 20 - Slide

Ongeschreven bronnen
  • Grotschilderingen
  • Speerpunten
  • Graven
  • Munten
  • Potten
  • Gevonden personen

(bijvoorbeeld Ötzi)

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Video

Geschreven bronnen..
  • Boeken
  • Dagboeken
  • Brieven
  • Rekeningen
  • Kranten

Slide 23 - Slide

...maar ook:
  • Films
  • Interviews
  • Schilderijen
  • Gesprekken
  • Graffiti
  • Muziek....

Slide 24 - Slide

Directe bronnen

 


Geschreven of gemaakt door iemand ´die erbij was´

  • Kunnen heel betrouwbaar zijn, omdat de maker leefde in de tijd zelf wanneer de bron geschreven is.

  • ...maar ook onbetrouwbaar, omdat iemand zijn mening misschien wel wil geven (of opdringen) of niet alle informatie heeft (of wil geven)

Slide 25 - Slide

Indirecte bronnen 
Gemaakt of geschreven door iemand die bronnen heeft gebruikt.
  • Kunnen heel betrouwbaar zijn, omdat de maker misschien zijn informatie uit veel verschillende bronnen heeft kunnen halen... 

  • ...maar ook onbetrouwbaar, omdat iemand niet bij de gebeurtenis aanwezig was en de informatie dus van anderen heeft.

Slide 26 - Slide

Tijd tellen

Jaar = 365 (366) dagen 

Decennium= 10 jaar

Eeuw = 100 jaar

Millenium = 1000 jaar


De Christelijke jaartelling begint

met de geboorte van Christus.

Slide 27 - Slide

De jaartelling
  • Handig om de tijd te ordenen
  • Er zijn verschillende jaartellingen, de joodse jaartelling, de islamitische en chinese jaartelling... 

Slide 28 - Slide

Vervolg leerdoelen:
* Uitleggen waarom de uitvinding van het schrift belangrijk was.
* Verschil kunnen beschrijven tussen Pré- en historie.
* Bronnen; directe en indirecte bronnen kunnen noemen.
* Voorbeelden geven van verschillende jaartellingen.
* Begrippen kennen.


Slide 29 - Slide

Aan het werk:
Lezen bladzijde: 38 de tekst: De uitvinding van het schrift.
Maken opdrachten 6, 7 , 8, 9 en 10.
Lezen bladzijde: 42 de tekst: Onze jaartelling.
Maken deze les opdrachten 12. 13 en 18.

Denk aan: Topo NL en PO; m&m paspoort maken.

Slide 30 - Slide

Vervolg blok 2. Wie ben ik? 

  • Kijken Histoclip Ötzi de IJsmummie
  • Zelfstandig werken
  • Uitleg Blok 2
  • Zelfstandig werken

Slide 31 - Slide

Deze les:

Blok 1 af? ( opdrachten gemaakt, netjes gewerkt, nagekeken en verbeterd = aftekenen )

Blok 2 afmaken en nakijken en verbeteren.

Kennen en Kunnen bestuderen.

Ken de begrippen.


Werken aan PO en topo.

 

Slide 32 - Slide

Zelfstandig werken in stilte!

Slide 33 - Slide

Welke 3 dingen heb je geleerd deze week?

Slide 34 - Open question

Aan het werk:
Lezen bladzijde: 38 de tekst: De uitvinding van het schrift.
Maken opdrachten 6, 7 , 8, 9 en 10.
Lezen bladzijde: 42 de tekst: Onze jaartelling.
Maken deze les opdrachten 12. 13 en 18.

Denk aan: Topo NL en PO; m&m paspoort maken.

Slide 35 - Slide