What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
Rijn IJssel
Visit the website
‹
Return to search
Taalcompleet A1 thema 1
Taalcompleet Thema 1 A1
1 / 32
next
Slide 1:
Slide
NT2
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 1
This lesson contains
32 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
45 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Taalcompleet Thema 1 A1
Slide 1 - Slide
de familie
Slide 2 - Mind map
de moeder van mijn moeder
de broer van mijn vader
de vrouw van mijn broer
mijn kind, het meisje
de zoon van mijn oom en tante
de kinderen van mijn kinderen
de oma
de oom
de schoonzus
de dochter
de neef
de kleinkinderen
Slide 3 - Drag question
ZIJN
Slide 4 - Slide
Ik _________ 24 jaar.
A
ben
B
bent
C
is
D
zijn
Slide 5 - Quiz
Mijn vader _________ in huis.
A
ben
B
bent
C
is
D
zijn
Slide 6 - Quiz
Mijn moeder en vader ________ getrouwd.
A
ben
B
bent
C
is
D
zijn
Slide 7 - Quiz
Zij ________ broer en zus.
A
ben
B
bent
C
is
D
zijn
Slide 8 - Quiz
_________ u mijn nieuwe docent?
A
ben
B
bent
C
is
D
zijn
Slide 9 - Quiz
Saida en Maud _________ in de klas.
A
ben
B
bent
C
is
D
zijn
Slide 10 - Quiz
Mateo _________ niet getrouwd.
A
ben
B
bent
C
is
D
zijn
Slide 11 - Quiz
HEBBEN
Slide 12 - Slide
Wij ________ geen geld.
A
heb
B
hebt
C
heeft
D
hebben
Slide 13 - Quiz
Ik _________ 5 kinderen.
A
heb
B
hebt
C
heeft
D
hebben
Slide 14 - Quiz
U _________ 8 kleinkinderen.
A
heb
B
hebt
C
heeft
D
hebben
Slide 15 - Quiz
__________ jullie kinderen?
A
heb
B
hebt
C
heeft
D
hebben
Slide 16 - Quiz
Samira __________ haar mobiel gepakt.
A
heb
B
hebt
C
heeft
D
hebben
Slide 17 - Quiz
Karen en Paul _________ 1 kind.
A
heb
B
hebt
C
heeft
D
hebben
Slide 18 - Quiz
Ik _________ Nederlandse les.
A
heb
B
hebt
C
heeft
D
hebben
Slide 19 - Quiz
MAAK DE ZIN
Schrijf de hoofdletter en de punt!!!!!!!
Slide 20 - Slide
Typ of schrijf wat je hoort.
Let op hoofdletter en punt!
Slide 21 - Open question
Typ of schrijf wat je hoort.
Let op hoofdletter en punt!
Slide 22 - Open question
Typ of schrijf wat je hoort.
Let op hoofdletter en punt.
Slide 23 - Open question
VRAGEN MAKEN
Wie
Wat
Waar
Wanneer
Waarom
Slide 24 - Slide
________ is de meneer?
De meneer is op de wc.
_________ zie je?
Ik zie de toets.
_________ ben jij?
Ik ben Murat.
Wat
Waar
Wie
Slide 25 - Drag question
Wat
Waar
Wie
_________ kom je vandaan?
Ik kom uit Australië.
_________ eet jij?
Ik eet rijst met kip.
__________ is jouw zus?
Fatima is mijn zus.
Slide 26 - Drag question
Waarom
Wanneer
Wie
_________ komt de trein?
Die komt over 10 minuten.
_________ kijk jij zo boos?
Ik kan mijn fiets niet vinden.
__________ staat daar bij de bus?
Dat is Fatima, mijn zus.
Slide 27 - Drag question
Wat hoor je? Typ het woord.
Slide 28 - Open question
Wat hoor je? Typ het woord.
Slide 29 - Open question
Wat hoor je? Typ het woord.
Slide 30 - Open question
Deze opdracht was:
Makkelijk
Niet moeilijk, maar ook niet makkelijk
Een beetje moeilijk
Moeilijk
Slide 31 - Poll
KLAAR!
Slide 32 - Slide