Schrijf- en spreekopdracht

• Nederlands
• MBO
• Studiejaar 1

Schrijf- en spreekopdracht

Doel van de les:

- Aan het eind van de les weet je wat je nodig hebt om een zakelijke boodschap te schrijven

- Aan het eind van de les heb je tools om je te kunnen presenteren

Schrijven: Wat is het verschil?

- Formeel schrijven: Zakelijk

- Informeel schrijven: Vrienden/bekenden

Ik moet een ziekmelding schrijven voor mijn zoon, welke toon gebruik ik?

1. Formeel
2. Informeel
3. Ik stuur een appje
4. Gewoon, een briefje schrijven

Formeel

- Kenmerken: Spreek met 'U', mevrouw/meneer

- Schrijf je een brief? Denk aan je aanhef --> Geachte........

- Denk aan de juiste slotzin: Met vriendelijke groet, Hartelijke groet.

De ziekmelding van mijn zoon start ik met....

1. Beste....
2. Geachte.....
3. Hoi......
4. Jo..........

De slotzin van een appje aan een vriendin kan zijn:...........

1. Groetjes!
2. Met vriendelijke groet,
3. Het was mij een waar genoegen.
4. Houdoe!

De opdracht

- Kijk naar het filmpje

- Denk na over de volgende vraag: Wat gebeurt er in het filmpje? Wat is de boodschap die jij de kijker wilt geven?

- In welke bewoording kan je dit doen op een zakelijke manier?

Tweetallen

- Maak tweetallen

- Maak samen een zakelijke tekst bij het filmpje

- Bepaal wie wat gaat zeggen

- Tijd: 10 minuten

Wat heb je vandaag geleerd?
Wat vond je lastig?

Ik vond deze les:.......

Nuttig

Vreselijk

Saai

Leuk

Herhaling van wat ik al wist/kon