B3 H3 Lezen: verbanden en signaalwoorden

DOEL

VERBANDEN EN SIGNAALWOORDEN

- je kunt met behulp van signaalwoorden opsommingen, tegenstellingen en voorbeelden in een tekst herkennen en begrijpen

1 / 33
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 3

This lesson contains 33 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

DOEL

VERBANDEN EN SIGNAALWOORDEN

- je kunt met behulp van signaalwoorden opsommingen, tegenstellingen en voorbeelden in een tekst herkennen en begrijpen

Slide 1 - Slide

Lees (en beluister) de tekst

Slide 2 - Slide

Wat is het onderwerp van de tekst?
A
mbo-opleidingen in Nederland
B
onwenselijke situatie
C
stage mbo
D
stage voor illegale jongeren

Slide 3 - Quiz

Wat is volgens alinea 1 het tegenovergestelde van illegaal?

Slide 4 - Open question

Hoeveel problemen noemt alinea 2?

Slide 5 - Open question

Wat is het doel van de tekst?
A
instrueren
B
informeren
C
adviseren

Slide 6 - Quiz

Doe oortjes in

en bekijk 

de volgende filmpjes!

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Video

Slide 9 - Video

Ingewikkeld

of niet?


Verbanden in teksten

Slide 10 - Slide

TEKSTVERBANDEN

Zorgen ervoor dat

woorden, zinnen en alinea's

met elkaar samenhangen.

Slide 11 - Slide

SIGNAALWOORDEN

Aan een

signaalwoord

zie je met

welk tekstverband

je te maken hebt.

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

VOORBEELD OPSOMMING

herken je aan signaalwoorden zoals:

  • ten eerste, ten tweede, ten slotte
  • om te beginnen
  • ook (nog)
  • verder
  • en
  • dubbele punt (:)
  • liggende streepje (-)
  • getallen (1, 2, 3)

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

 VOORBEELD TEGENSTELLING

herken je aan signaalwoorden zoals:

  • tegenover
  • maar
  • hoewel
  • echter
  • toch
  • aan de ene kant ... aan de andere kant



Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

VOORBEELD TOELICHTING

herken je aan signaalwoorden zoals:

  • bijvoorbeeld
  • zo
  • zoals
  • denk aan
  • neem nou
  • onder andere


Slide 18 - Slide

Lees (en beluister) de tekst

Slide 19 - Slide

Wat wordt opgesomd bij nummer 4?

Slide 20 - Open question

Aan welke twee signaalwoorden herken je de opsomming bij nummer 4?

Slide 21 - Open question

Hoe kun je bij nummer 5 zien dat er iets opgesomd wordt?

Slide 22 - Open question

Welk signaalwoord voor tegenstelling staat bij nummer 6?

Slide 23 - Open question

Uit hoeveel delen bestaat de opsomming bij nummer 7?

Slide 24 - Open question

Waarvan worden voorbeelden gegeven bij nummer 8?

Slide 25 - Open question

Voor welk publiek is de tekst geschreven?
A
voor bedrijven die stagiaires zoeken
B
voor jongeren van het vmbo
C
voor ouders van jongeren

Slide 26 - Quiz

MAKEN IN SCHRIFT:
  • Opdracht 3 (blz. 85)
  • Opdracht 4 (blz. 86)

Slide 27 - Slide

NAKIJKEN:
  • Opdracht 3 (blz. 85): via studiewijzer
  • Opdracht 4 (blz. 86): via studiewijzer

Slide 28 - Slide

MAKEN IN OEFENBOEK:
  • Onderdeel lezen (blz. 38-39)

Slide 29 - Slide

NAKIJKEN:
  • Onderdeel lezen (blz. 38-37): via studiewijzer

Slide 30 - Slide

GELEERD?

VERBANDEN EN SIGNAALWOORDEN

- je kunt met behulp van signaalwoorden opsommingen, tegenstellingen en voorbeelden in een tekst herkennen en begrijpen

Slide 31 - Slide

Wat wist je al?

Slide 32 - Open question

Wat snap je nog niet zo goed?

Slide 33 - Open question