What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
Rijn IJssel
Visit the website
‹
Return to search
Lowan thema 2 Het lichaam dag 2
het
lichaam, dag 2
1 / 47
next
Slide 1:
Slide
NT2
Middelbare school
vmbo lwoo
Leerjaar 1,2
This lesson contains
47 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
het
lichaam, dag 2
Slide 1 - Slide
Wat ga ik leren?
nieuwe woorden bij thema het lichaam
werkwoorden
Slide 2 - Slide
Luister goed en zeg het woord na.
Slide 3 - Slide
de tand
Slide 4 - Slide
de kies
Slide 5 - Slide
het gebit
Slide 6 - Slide
de tong
Slide 7 - Slide
de keel
Slide 8 - Slide
de nek
Slide 9 - Slide
de schouder
Slide 10 - Slide
de arm
Slide 11 - Slide
de elleboog
Slide 12 - Slide
de hand
Slide 13 - Slide
de vinger
Slide 14 - Slide
de borst
Slide 15 - Slide
de buik
Slide 16 - Slide
de heup
Slide 17 - Slide
Pak je schrift en je potlood.
Slide 18 - Slide
Schrijf het woord in het Nederlands in jouw schrift.
Schrijf het woord dan in jouw eigen taal.
Slide 19 - Slide
de tand
Slide 20 - Slide
de kies
Slide 21 - Slide
het gebit
Slide 22 - Slide
de tong
Slide 23 - Slide
de keel
Slide 24 - Slide
de nek
Slide 25 - Slide
de schouder
Slide 26 - Slide
de arm
Slide 27 - Slide
de elleboog
Slide 28 - Slide
de hand
Slide 29 - Slide
de vinger
Slide 30 - Slide
de borst
Slide 31 - Slide
de buik
Slide 32 - Slide
de heup
Slide 33 - Slide
Pak je laptop of mobiel
en log in
Slide 34 - Slide
A
het gebit
B
de kies
C
het kies
D
de mond
Slide 35 - Quiz
A
de arm
B
de schouder
C
de heup
D
de elleboog
Slide 36 - Quiz
A
de buik
B
de borst
C
de arm
D
de buyk
Slide 37 - Quiz
A
de arm
B
de keel
C
de vinger
D
de elleboog
Slide 38 - Quiz
A
de borst
B
de schouder
C
het gebit
D
de keel
Slide 39 - Quiz
Wat hoor je?
Slide 40 - Open question
Wat hoor je?
Slide 41 - Open question
Wat hoor je?
Slide 42 - Open question
Wat hoor je?
Slide 43 - Open question
kijken poetsen
ik
kijk poets
jij
kijkt poetst
hij/zij
kijkt poetst
wij
kijken poetsen
jullie
kijken poetsen
zij
kijken poetsen
Slide 44 - Slide
praten horen
ik praat hoor
jij praat ( praatt ) hoort
hij/zij praat ( praatt ) hoort
wij praten horen
jullie praten horen
zij praten horen
Slide 45 - Slide
zijn hebben
ik ben heb
jij bent hebt
hij/zij is heeft
wij zijn hebben
jullie zijn hebben
zij zijn hebben
Slide 46 - Slide
Pak je werkboek.
Maak dag 2: blz 10 t/m 16.
Slide 47 - Slide