What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
Rijn IJssel
Visit the website
‹
Return to search
Proeftoets VP2 Circulatie, huid, ademhaling en beweging
Toets
Pak je laptop en log in
1 / 41
next
Slide 1:
Slide
Verpleging en verzorging
MBO
Studiejaar 1
This lesson contains
41 slides
, with
interactive quizzes
and
text slide
.
Lesson duration is:
60 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Toets
Pak je laptop en log in
Slide 1 - Slide
Opperhuid
hoornlaag
lederhuid
De buitenste laag van de huid
De sterkste laag van de opperhuid
De middelste laag van de huid
Slide 2 - Drag question
Wat voor functies heeft de huid?
A
Bescherming, opslagplaats van vet, vitaminevorming
B
Vitaminevorming, omzetten van suikers in energie, temperatuurregelaar
C
Opslagplaats van vet, Opslagplaats van vitamine K, Gevoelsorgaan
D
Vitaminevorming van vitamine D, Vet afbreken, Bescherming
Slide 3 - Quiz
Wat kan er gebeuren als je de huid niet goed afdroogt?
A
Smetplekken
B
Decubitus
C
Infectie
D
Blaasontsteking
Slide 4 - Quiz
Bij smetten moet je de huid .........
A
goed droog deppen
B
luchtdoorlatende kleding dragen. bv katoen
C
scheurlinnen gebruiken
D
alle antwoorden zijn goed
Slide 5 - Quiz
Wat is het doel van de ademhaling?
A
Opnemen van Co2 en afgeven van O2
B
Opnemen van O2 en afgeven van Co2
Slide 6 - Quiz
De volgorde van het ademhaling: mond-keel-strottenhoofd-luchtpijp-bronchiën-longblaasjes
A
Juist
B
Onjuist
Slide 7 - Quiz
Bij welke longaandoening worden de luchtwegen nauwer, door samentrekkende spiertjes in luchtpijptakjes?
A
Astma
B
COPD
Slide 8 - Quiz
Waar start de ademhaling?
A
Mondholte/neusholte
B
Mondholte/keelholte
C
Neusholte/luchtpijp
Slide 9 - Quiz
Is roken een oorzaak voor astma en/of copd?
A
Alleen Astma
B
Alleen COPD
C
Beide
D
Geen van Beide
Slide 10 - Quiz
COPD is:
A
Dicht geslipte Bronchien
B
Ontsteking van de trilhaartjes
C
Kapotte longblaasjes
D
Geen van allen is juist
Slide 11 - Quiz
Wat zijn de verschijnselen van een longontsteking?
Wat zijn de verschijnselen van copd?
Je wordt weer beter
Pijn bij het ademen
Altijd piepende ademhaling
Je wordt niet beter
Slide 12 - Drag question
Wat zorgt ervoor dat we kunnen bewegen?
A
Spieren
B
Gewrichten
C
Spieren en gewrichten
D
Botten
Slide 13 - Quiz
Zonder gewrichten zou je niet kunnen bewegen. Lees de omschrijvingen.
Op welk soort gewricht heeft de omschrijving betrekking?
Kan alleen heen en weer bewegen
Kan naar links en naar rechts draaien.
Kan twee kanten op buigen
Kan rondom draaien.
Rolgewricht
Zadelgewricht
Kogelgewricht
Scharniergewricht
Slide 14 - Drag question
Welk soort gewricht is de knie?
A
Kogelgewricht
B
Scharniergewricht
C
Rolgewricht
D
Zadelgewricht
Slide 15 - Quiz
Wat maken spieren mogelijk?
A
Spieren zorgen voor beweging
B
Spieren zorgen voor kracht
C
Spieren zorgen voor stabiliteit
D
Alle antwoorden zijn juist
Slide 16 - Quiz
Een spier kan alleen maar trekken:
A
Waar
B
Niet waar
C
---------------
D
--------------
Slide 17 - Quiz
De biceps (spierballen) zijn een voorbeeld van:
A
Kringspieren
B
skeletspieren
C
diepe spieren
D
zijn geen spieren
Slide 18 - Quiz
ALS is een dodelijke zenuw- spierziekte
A
Waar
B
Niet Waar
Slide 19 - Quiz
Wat is reuma?
A
Een ziekte die gekenmerkt wordt door chronische ontstekingen van de gewrichten.
B
Een aandoening die wordt gezien als slijtage aan de gewrichten.
Slide 20 - Quiz
Is reuma te genezen?
A
ja
B
nee
Slide 21 - Quiz
De verschijnselen van reuma zijn...
A
Bewegingsbeperking
B
Pijn
C
Vermoeidheid en stijfheid
D
Alle antwoorden zijn juist
Slide 22 - Quiz
Welk antwoord is juist
A
Reuma komt alleen bij ouderen voor
B
Reuma gaat weer over
C
Reuma geeft klachten als stijfheid en pijn in gewrichten
D
Als iemand reuma heeft moet hij/zij rust houden
Slide 23 - Quiz
Waar komt osteoporose voor?
A
Botten
B
Spieren
C
Pezen
D
Gewrichten
Slide 24 - Quiz
Osteoporose is een aandoening die alleen bij ouderen voorkomt.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 25 - Quiz
Bij osteoporose...
A
Breken botten sneller
B
Krimpen mensen
C
Ervaren mensen pijn
D
Alle antwoorden zijn juist
Slide 26 - Quiz
Over het hart lopen bloedvaten, deze noemen we.......
A
Haarvaten
B
Slagaders en aders
C
Aorta
D
Kransslag- en kransaders
Slide 27 - Quiz
Sleep de onderdelen naar het hart!
Rechterboezem
Rechterkamer
Linker
boezem
Linkerkamer
Slide 28 - Drag question
Het hart krijgt ZELF zuurstofrijkbloed dankzij de:
A
Longader
B
Kransslagader
C
Kransader
D
Aorta
Slide 29 - Quiz
Hart-longen-hart hoort bij?
A
Kleine bloedsomloop
B
Grote bloedsomloop
C
Geen van beiden
Slide 30 - Quiz
Wat is de functie van het hart?
A
Bloed rondpompen
B
Zuurstof door het lichaam pompen
C
Kooldioxide door het lichaam pompen
D
Het hart maakt rode bloedcellen aan
Slide 31 - Quiz
Een bloedvat loopt van het hart weg. Dat is een...
A
Ader
B
Slagader
C
Haarvat
D
Dit kunnen alle soorten bloedvaten zijn
Slide 32 - Quiz
Bij een hartinfarct is een deel van het hart beschadigd.
A
waar
B
niet waar
Slide 33 - Quiz
De hartkleppen zorgen ervoor dat bloed
A
sneller stroomt
B
niet terugstroomt in de boezems
C
niet terugstroomt in de kamers
D
langzamer stroomt
Slide 34 - Quiz
Zuurstofarm -
kleine bloedsomloop
Zuurstofrijk -
grote bloedsomloop
Zuurstofrijk -
kleine bloedsomloop
Zuurstofarm -
grote bloedsomloop
Slide 35 - Drag question
welke drie soorten bloedvaten zijn er?
A
Aorta, slagaders en aders
B
Aders en haarvaten
C
Aorta, slagaders en haarvaten
D
Slagaders, aders en haarvaten
Slide 36 - Quiz
Welke bloedvaten zijn op de foto zichtbaar?
A
slagaders
B
haarvaten
C
aders
D
de aorta
Slide 37 - Quiz
een hartinfarct herken je aan:
A
pijn op de borst
B
misselijkheid
C
benauwdheid
D
angst
Slide 38 - Quiz
Tijdens een hartinfarct...
A
Krijgt het hart niet genoeg zuurstof
B
Stopt het hart helemaal met kloppen
C
Geven de longen geen zuurstof af
Slide 39 - Quiz
Bij de middelste afbeelding is er sprake van?
A
TIA
B
Herseninfarct (CVA)
C
Hersenbloeding (CVA)
D
Hartaanval
Slide 40 - Quiz
Wat is GEEN symptoom van een CVA
A
Scheve mond
B
Slechte spraak
C
Lamme arm
D
Pijn in de kaak
Slide 41 - Quiz