What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
Rijn IJssel
Visit the website
‹
Return to search
Oefentoets grammatica unit 3
Oefentoets Unit 3
Maak de opdrachten. Deze gaan over de grammatica van unit 3.
Schrijf voor jezelf op welke opdrachten nog moeilijk zijn.
Stel je vragen aan de docent.
Gebruik de online methode All right! om meer te oefenen (test jezelf, versterk jezelf en oefentoets).
1 / 23
next
Slide 1:
Slide
Engels
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 1
This lesson contains
23 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
30 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Oefentoets Unit 3
Maak de opdrachten. Deze gaan over de grammatica van unit 3.
Schrijf voor jezelf op welke opdrachten nog moeilijk zijn.
Stel je vragen aan de docent.
Gebruik de online methode All right! om meer te oefenen (test jezelf, versterk jezelf en oefentoets).
Slide 1 - Slide
Some plants need ____ (veel) water.
A
a lot of
B
many
C
little
D
few
Slide 2 - Quiz
'A lot of' gebruik je in bevestigende zinnen met.....
A
telbare woorden
B
ontelbare woorden
C
beide
Slide 3 - Quiz
There aren't ____ (veel) pictures on my bedroom wall.
A
much
B
many
C
a lot of
D
few
Slide 4 - Quiz
'Many' gebruik je in zinnen met....
A
telbare woorden
B
ontelbare woorden
C
beide
Slide 5 - Quiz
Sian has got ____ (weinig) nephews and nieces.
A
many
B
a lot of
C
few
D
little
Slide 6 - Quiz
'Few' gebruik je in zinnen met....
A
telbare woorden
B
ontelbare woorden
C
beide
Slide 7 - Quiz
We're studying for a test so we've got ____ (weinig) time.
A
many
B
few
C
little
D
much
Slide 8 - Quiz
'Little' gebruik je in zinnen met....
A
telbare woorden
B
ontelbare woorden
C
beide
Slide 9 - Quiz
Do you have ____ (veel) homework today?
A
many
B
little
C
much
D
few
Slide 10 - Quiz
'Much' gebruik je in zinnen met....
A
telbare woorden
B
ontelbare woorden
C
beide
Slide 11 - Quiz
That backpack is very heavy, ..... ?
Vul de tag question op de puntjes in zonder vraagteken.
Slide 12 - Open question
You understand what I mean, ... ?
Vul de tag question op de puntjes in zonder vraagteken.
Slide 13 - Open question
Michael doesn’t like dancing, ... ?
Vul de tag question op de puntjes in zonder vraagteken.
Slide 14 - Open question
Wat is de juiste woordvolgorde?
every evening – I – to the park – take our dogs – .
Slide 15 - Open question
Wat is de juiste woordvolgorde?
he – going to Australia – next month – Is – ?
Slide 16 - Open question
Wat is de juiste woordvolgorde?
A
Plaats dan tijd
B
Tijd dan plaats
Slide 17 - Quiz
Vertaal met de juiste woordvolgorde:
Mia en haar vrienden waren gisteren op het feest.
Slide 18 - Open question
Vertaal met de juiste woordvolgorde:
Ik loop elke dag naar school.
Slide 19 - Open question
Welke onderwerpen gingen goed?
Much/many/few/little, tag questions, woordvolgorde.
Slide 20 - Open question
Welke onderwerpen ga je nog oefenen?
Much/many/few/little, tag questions, woordvolgorde.
Slide 21 - Open question
Heb je nog vragen over de grammatica?
Slide 22 - Open question
Slide 23 - Slide