Deze woorden schrijf je met een hoofdletter:
- 1 het eerste woord van een zin. Sinds ik elke dag een testje doe op www.beterspellen.nl maak ik veel minder spelfouten.
Uitzonderingen: ’s Middags moet de receptie altijd door twee personen bemand zijn. (hoofdletter na ’s)35 euro vind ik te veel voor dit shirt. (geen hoofdletter na cijfer of symbool)
- 2 namen: Epke Zonderland, Pasen, Samsung, de Tweede Wereldoorlog, Haarlem, Pools, H&M
Schrijf een kleine letter als je een merknaam als soortnaam gebruikt: Heb je mijn inbussleutel gezien? of Je moet de tomtom nog even instellen.
Let op bij namen van personen: Ans van der Meer, maar mevrouw Van der Meer
- 3 afleidingen van aardrijkskundige namen en van talen: Limburgse vlaai, Engelse boeken, Noord-Hollandse kaas