ROC Mondriaan

week 1 Huid

Les 1 
Lesonderdelen
  • Kennismaking
  • Quiz Huid
  • Ervaringen met patiënten met huidaandoeningen
  • Opdracht
  • Pijn en pijnscores
1 / 20
next
Slide 1: Slide
Zorg en WelzijnMBOStudiejaar 2

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Les 1 
Lesonderdelen
  • Kennismaking
  • Quiz Huid
  • Ervaringen met patiënten met huidaandoeningen
  • Opdracht
  • Pijn en pijnscores

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

De huid
Warmtezintuigen reageren als je huid iets aanraakt dat warmer is dan je huid.
Koudezintuigen reageren als je huid iets aanraakt dat kouder is dan je huid.
Drukzintuigen reageren als er op je huid wordt gedrukt.
Tastzintuigen reageren op een lichte aanraking van je huid.

Slide 2 - Slide

Met je tastzintuigen kun je waarnemen hoe voorwerpen aanvoelen, bijvoorbeeld glad, ruw, hard of zacht. De tastzintuigen liggen in tastknopjes.
De huid is een orgaan
A
Waar
B
Niet waar

Slide 3 - Quiz

This item has no instructions

In welke huidlaag zitten je zintuigcellen?
A
Hoornlaag
B
Kiemlaag
C
Lederhuid
D
Onderhuidsbindweefsel

Slide 4 - Quiz

This item has no instructions

De huidlagen van buiten naar binnen
A
opperhuid, onderhuids bindweefsel, lederhuid
B
lederhuid, opperhuid, onderhuidsbindweefsel
C
opperhuid, lederhuid, onderhuidsbindweefsel
D
lederhuid, onderhuids bindweefsel, opperhuid

Slide 5 - Quiz

This item has no instructions

Een melanoom is huidkanker
A
Waar
B
Niet waar

Slide 6 - Quiz

This item has no instructions

Op nummer 2 zie je?
A
Opperhuid
B
Lederhuid
C
Onderhuidsbindweefsel

Slide 7 - Quiz

This item has no instructions

Wie lopen het meest risico op het krijgen van huidkanker?

A
Erfelijkheid, blanke huid,
B
Blanke huid
C
Leeftijd, erfelijkheid, blanke huid, afweersysteem
D
Afweersysteem

Slide 8 - Quiz

Mensen met een verlaagde afweersysteem (bijv. AIDS, orgaantransplantaties, bloedkanker) lopen een verhoogd risico op het verkrijgen van een huidkanker omdat hun afweer niet of verminderd in staat is om (zon) beschadigde opperhuidcellen te herkennen en te herstellen.
In welke huidlaag liggen de bloedvaten?
A
Opperhuid
B
Lederhuid
C
Kiemlaag
D
Hoornlaag

Slide 9 - Quiz

This item has no instructions

Hoe wordt huidkanker veroorzaakt?
A
uv-straling beschadigt de cellen in de kiemlaag
B
hier word je mee geboren
C
de warmte van de zon beschadigt de cellen
D
uv-straling beschadigt cellen in de hoornlaag

Slide 10 - Quiz

This item has no instructions

De opperhuid is niet doorbloed en bevat geen bloedvaten
A
Juist
B
Onjuist

Slide 11 - Quiz

This item has no instructions

Intertrigo zit niet op
A
het hoofd
B
de oksels
C
de liezen
D
de billen

Slide 12 - Quiz

This item has no instructions

Wie lopen er een verhoogd risico op het ontwikkelen van decubitus wonden.
A
Patiënten die lang in het ziekenhuis verblijven en niet goed kunnen bewegen.
B
Patiënten / cliënten Met schuifletsel
C
Patiënten/ cliënten die last hebben van vocht letsel
D
Patiënten / cliënten Met druk plekken

Slide 13 - Quiz

This item has no instructions

Waar komt psoriasis het meest voor?
A
Hoofd, handen, elleboog
B
Hoofd ,knie, elleboog
C
Voeten, benen, vingers
D
Hoofd elleboog, voeten

Slide 14 - Quiz

This item has no instructions

Wat betekend decubitus?
A
ontstoken teennagel
B
open wond
C
doorligplek door drukplek
D
gebroken been

Slide 15 - Quiz

This item has no instructions

Hoeveel categorieën heeft decubitus?
A
3
B
4
C
5
D
geen

Slide 16 - Quiz

This item has no instructions

Hoe noem je dit?
A
Allergenen
B
Immuniteit
C
Intertrigo
D
Smetten

Slide 17 - Quiz

This item has no instructions

hoe herken je beginnende decubitus?
A
blaasjes op de huid
B
rode plekjes op de huid
C
rode huid is niet weg druk baar
D
Het opperste velletje is eraf.

Slide 18 - Quiz

This item has no instructions

Wat is géén functie van de huid?
A
Waarneming
B
Warmteregeling
C
Barrierefunctie
D
Productie Vit C

Slide 19 - Quiz

This item has no instructions

Wat is psoriasis?
A
Een auto immuun ziekte
B
Een huidziekte overdraagbaar bij aanraking
C
Een virusinfectie
D
Een bacteriële infectie

Slide 20 - Quiz

This item has no instructions