ROC Mondriaan

Planten

1 / 15
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5,6

This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Thema 5 Planten
Bouw, groei en ontwikkeling
Transport
Assimilatie en dissimilatie
Voortplanting
Reageren op de omgeving


Slide 2 - Slide

Wat vormt de buitenzijde van een plant en beschermt tegen waterverlies en infecties?
A
Vaatweefsel
B
Dekweefsel
C
Vulweefsel
D
Grondweefsel

Slide 3 - Quiz

Jasper wil een plant uit de tuin verplaatsen. Hij heeft daarom de plant hard uit de aarde getrokken. Hij heeft de plant een nieuw plekje in de tuin gegeven, maar bladeren hangen nu toch wat slap. Welk onderdeel van de wortels is bij het uittrekken waarschijnlijk beschadigd?
A
De wortelhaartjes
B
De bastvaten
C
De wortelmutsjes
D
Het vulweefsel

Slide 4 - Quiz

Wat is de functie van het cambium?
A
transport van water en mineralen
B
dat is opvulweefsel
C
celdeling doen om nieuwe hout- en bastvaten te maken
D
beschermen van de hout- en bastvaten tegen indrukken

Slide 5 - Quiz

Hoe maakt de ligging van de transportvaten het voor een holle boom mogelijk om te overleven?
Gebruik de woorden: houtvaten, bastvaten, meristeem, diktegroei, cambium, stamcel.

Slide 6 - Open question

Bij een tomaat die aan het rijpen is verandert de kleur van groen naar rood. Welke verandering heeft er plaats gevonden in de plastiden?
A
chromoplast -> chloroplast
B
chromoplast -> leukoplast
C
chloroplast -> chromoplast
D
chloroplast -> leukoplast

Slide 7 - Quiz

Welke vaten zijn verantwoordelijk voor de anorganische sapstroom?
A
bastvaten
B
houtvaten

Slide 8 - Quiz

Welk deel van het plaatje bestaat uit houtvaten?
A
Q
B
R
C
S

Slide 9 - Quiz

in de zomer is de diameter van de houtvaten
A
groter dan die van de houtvaten in het voorjaar
B
kleiner dan die van de houtvaten in het voorjaar
C
gelijk aan die van de houtvaten in het voorjaar

Slide 10 - Quiz

In de bastvaten is de richting van de sapstroom afhankelijk van de plaats waar de suikers nodig zijn. Noem een situatie waarbij de sapstroom omhoog gaat en een waarbij deze omlaag gaat.

Slide 11 - Open question

Het transport van water stopt als de boom zijn bladeren laat vallen.
Welke kracht valt weg door het ontbreken van de bladeren?
A
capillaire werking
B
worteldruk
C
zuigkracht
D
aantrekkingskracht

Slide 12 - Quiz

Leg in stappen uit hoe worteldruk ontstaat. Verklaar ook waarom worteldruk energie kost

Slide 13 - Open question

De osmotische waarde van het bastvat bij de sink is hoog/laag, hierdoor gaat water het bastvat in/uit
A
hoog en in
B
hoog en uit
C
laag en in
D
laag en uit

Slide 14 - Quiz

Waar in het bastvat moet de Ψ hoger zijn?
A
Bij de source (meestal blad)
B
Bij de sink (opslag) (meestal de wortels)

Slide 15 - Quiz