Periode 1 Quiz

• Kok
• MBO
• Studiejaar 1

Quiz Periode 1 

Samenvatting periode 1

Klassikale quiz

Vragen beantwoorden op je mobiel

Ga niks anders doen!!!

Waar staat HORECA voor?

Bij welke verzorging heb je recht op ontbijt, lunch en diner?

1. Logies
2. Halfpension
3. All inclusive
4. Vol pension

Noem de 6 P's

Welke 3 vormen van hygiëne kennen we?

Wat weet jij over hygiëne?

Bacterien houden wel van:

Bacterien houden niet van:

Eten met neutrale smaak

Vocht

10-50 graden

Zuurstof

Eten met extreme smaak

Droge omgeving

1-9 graden

51-75 graden

Vacuüm

Hoe heet het snijgedeelte van het mes?

1. Snede
2. Lemmet
3. Krop
4. Heft

Welke soorten messen ken je?

Welke product(en) schil je?

1. Courgette
2. Appel
3. Paddenstoel
4. Sinaasappel

Wat is monderen?

Schoonmaaktechnieken:

Welke soorten ongedierte ken je?

Wat is circulair afval?

Welke kleur krijgt een doorgesneden aardappel?

1. Rood
2. Groen
3. Blauw
4. Geel

Beschrijf de techniek Ciseleren:

Noem zoveel mogelijk opdeeltechnieken:

Welk antwoord is enkel specerijen?

1. Kaneel, kruidnagel, zwarte peper, chili peper
2. Kaneel, steranijs, piment bes, Saffraan
3. Kruidnagel, koreanderzaad, venkelzaad, tijm
4. Kruidnagel, appel, peer, framboos

Hoe sla je een aardappel op?

1. Boven de 15 graden, droog, donker
2. Koeling, donker, vochtig
3. Droog, donker, +/- 10 graden
4. Nat, in de zon, 20 graden

Noem zoveel mogelijk kruiden:

Wat is een wortel- knolgewas

1. Bloemkool
2. Aubergine
3. Knolselderij
4. Bieten

Waarom is een witte asperge wit?

Wat zijn de beste omstandigheden in de koude keuken?

1. temperatuur van 18 graden, Luchtvochtigheid tussen 40%-60%, Luchtsnelheid van 0,25 meter per seconde.
2. temperatuur van 6 graden, Luchtvochtigheid tussen 40%-60%, Luchtsnelheid van 0,1 meter per seconde.
3. temperatuur van 10 graden, Luchtvochtigheid tussen 80%-90%, Luchtsnelheid van 0,25 meter per seconde.
4. temperatuur van 28 graden, Luchtvochtigheid tussen 40%-60%, Luchtsnelheid van 0,25 meter per seconde.

Wat snij je op een bruine snijplank?

1. Brood
2. Rauw vlees
3. Gevogelte
4. Gegaard vlees

Wat verstaan we onder mise-en-place?

Wat is het verschil tussen een dressing en een vinaigrette?

Noem een aantal lunch- en maaltijdsalades: