OND-M 4.2

• Marketing & Communicatie
• MBO
• Studiejaar 1

Een markt wordt in de economie wel omschreven als het geheel van vraag en aanbod.
Er wordt onderscheid gemaakt tussen concrete markten en abstracte markten.
Welke markt is een voorbeeld van een abstracte markt?

1. veiling
2. groentenmarkt
3. winkel
4. arbeidsmarkt

Wat is hier af te lezen?

1. Marktgebied
2. Marktsegment
3. Marktaandeel
4. Marktstrategie

Noem 1 marktvorm

Farmaceutische bedrijven maken het te bont met veel te dure medicijnen.

EENS

ONEENS

GEEN MENING

SAMENGEVAT

Er wordt onderscheid gemaakt tussen homogene en heterogene producten.
Wat is een voorbeeld van een (bijna) homogeen product?

1. zout
2. kleding
3. boeken

Bij welke marktvorm heb je te maken met veel aanbieders én een homogeen product?

1. Monopolistische concurrentie
2. Volkomen concurrentie
3. Monopolie
4. Oligopolie

Bij welke marktvorm ondervinden de aanbieders concurrentie van veel andere aanbieders die een soortgelijk product aanbieden.

1. Monopolie
2. Volkomen concurrentie
3. Monopolistische concurrentie
4. Oligopolie

Bij een ..1.. oligopolie kunnen bedrijven elkaar eigenlijk alleen beconcurreren op de prijs.

Bij een ..2.. oligopolie kunnen bedrijven elkaar naast op de prijs ook beconcurreren op kwaliteit, service, garantie, etc.

1. 1 = heterogeen 2 = homogeen
2. 1 = homogeen 2 = heterogeen

Monopolie

Volkomen concurrentie

Oligopolie

Monopolistische concurrentie

Wasmiddelen

Restaurants

Tomaten

Spoorwegen

Noem twee zaken waarop ondernemers die opereren op een markt van monopolistische concurrentie zich op kunnen onderscheiden.

Blader door je boek van 2.4 t/m 4.2.
Over welk onderwerp zou jij graag nog extra uitleg willen hebben?