What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
Inspirerend, verbindend en nieuwsgierig
Een leven lang leren
Visit the website
‹
Return to search
les 2
extra lessen lezen
start
doel
oefenen
huiswerk
1 / 19
next
Slide 1:
Slide
Nederlands
HBO
MBO
Studiejaar 2
This lesson contains
19 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
extra lessen lezen
start
doel
oefenen
huiswerk
Slide 1 - Slide
wat gaan we doen:
samen oefenen
huiswerkopdrachten
theorie bespreken
4 lessen + 20 juni toets
Slide 2 - Slide
wat weet je nog van vorige week?
Slide 3 - Mind map
welke vier doelen kan een tekst hebben?
Slide 4 - Open question
Zet de juiste tekstsoorten bij de juiste tekstdoelen.
Tekstdoel Informeren
Tekstdoel Overtuigen
Tekstdoel Amuseren
Tekstdoel activeren
Tekstdoel instrueren
Een nieuwsbericht over een schietpartij.
Recensie over mijn gelezen boek
Een mop in een tijdschrift
Een oproep op een website om te gaan protesteren.
Artikel op een website warin iemand zijn mening geeft over een vuurwerkverbod.
Spelhandleiding hoe je 'Yahtzee' moet spelen.
Slide 5 - Drag question
samen lezen tekst
* verkennen
* zelf nadenken: onderwerp, hoofdgedachte, doel, publiek.
* Helder beeld van opbouw?
*vragen op telefoon.
Slide 6 - Slide
wat kun je zeggen over de titel van de tekst?
A
het is een feit
B
het is een mening
C
het is objectief
D
het is subjectief
Slide 7 - Quiz
wat is het onderwerp van deze tekst?
A
rashonden
B
fokbeleid rashonden
C
freakshows
D
misvormde honden
Slide 8 - Quiz
wat voor soort tekst is dit?
A
nieuwsbericht
B
ingezonden brief
C
betoog
D
tekst uit een voorlichtingsfolder
Slide 9 - Quiz
In alinea 1 staat een opsomming. Uit hoveel delen bestaat die opsomming?
A
twee
B
drie
C
vier
D
vijf
Slide 10 - Quiz
Waarvan geeft alinea 1 een opsomming?
A
argumenten
B
voorbeelden
C
gevolgen
D
oorzaken
Slide 11 - Quiz
waarvan zijn het voorbeelden?
Slide 12 - Open question
waarom staat er een uitroepteken achter de laatste zin van alinea 6?
Slide 13 - Open question
In alinea 6 staat dat de sector flink geld verdient aan de rasdierfokkerij. Is dit een argument?
A
Nee, het is een op zichzelfstaande constatering
B
ja, voor het standpunt dat de sector nooit zelf de problemen aan gaat pakken
C
ja, voor het standpunt dat de sector alle belang heeft bij het aanpakken van de problemen
Slide 14 - Quiz
wat is het deelondewerp van alinea 8?
A
zelfregulering
B
inteelt
C
slechte organisatiegraad van de dierenfokkerij
D
de erfelijkheidsproblematiek
Slide 15 - Quiz
stel het doel is overtuigen en dit is een betoog. waar zet de schrijver dan zijn/haar mening?
Slide 16 - Open question
waar begint het slot van de tekst?
A
bij alinea 8
B
halverwege alinea 8
C
bij alinea 9
Slide 17 - Quiz
De hoofdgedachte van een betoog is de mening van de schrijver. Wat is de mening van de schrijver? (maak een volle zin)
Slide 18 - Open question
Huiswerk
zie teams - opdrachten. Werk met de leescoach.
Leeskilometers maken!
Slide 19 - Slide