Aanpak en toekomst van diabetes type 2

• ICT
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 5

Aanpak en toekomst van diabetes type 2

Wat is diabetes type 2?

Een chronische aandoening waarbij het lichaam niet goed in staat is om de bloedsuikerspiegel te reguleren.

Wat weet je al over diabetes type 2?

Insulineongevoeligheid en de gevolgen

Een toestand waarbij het lichaam minder gevoelig wordt voor het hormoon insuline, wat essentieel is voor de regulatie van de bloedsuikerspiegel.

Risicofactoren voor het ontwikkelen van diabetes type 2

Overgewicht, ontstoken vetweefsel en andere factoren kunnen bijdragen aan de ontwikkeling van diabetes type 2.

Recente ontdekkingen in het onderzoek naar diabetes type 2

Rol van 'natural killer (NK) T-cellen', impact van beweging op bloedsuikerspiegel.

Toekomstige onderzoeksrichtingen en potentiële behandelingen

Rollen van mitochondriën en microRNA's, activering van bruin vetweefsel, behandeling met galzouten, potentiële effecten van resveratrol.

De rol van de samenleving en onderzoeksparticipatie

Belang van voortdurend onderzoek en maatschappelijke ondersteuning.

Welk ingrediënt wordt vaak gebruikt voor het maken van glazuur voor cupcakes?

1. Mayonaise
2. Ketchup
3. Poedersuiker
4. Olijfolie

Definitielijst

Diabetes type 2: Een chronische aandoening waarbij het lichaam niet goed in staat is om de bloedsuikerspiegel te reguleren. Insulineongevoeligheid: Een toestand waarbij het lichaam minder gevoelig wordt voor het hormoon insuline, wat essentieel is voor de regulatie van de bloedsuikerspiegel. MicroRNA's: Kleine moleculen die de expressie van genen reguleren en een rol kunnen spelen bij de ontwikkeling van insulineongevoeligheid. Bruin vetweefsel: Een type vetweefsel dat energie verbrandt en daarmee kan bijdragen aan het reguleren van de bloedsuikerspiegel. Galzouten: Stoffen die door de lever worden geproduceerd en die kunnen helpen bij de regulatie van de bloedsuikerspiegel na de maaltijd. Resveratrol: Een natuurlijke verbinding die voorkomt in onder andere rode wijn en pinda's en die mogelijk een positief effect heeft op de bloedsuikerspiegel.

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.

Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.

Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.