Inspirerend, verbindend en nieuwsgierig
Een leven lang leren

Voltooid deelwoord ( perfectum)

Taalcompleet thema 1.1
1 / 16
next
Slide 1: Slide
NT2Middelbare schoolvmbo tLeerjaar 1,2

This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Taalcompleet thema 1.1

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Video

Wat is de voltooide tijd?
  • Voltooid betekent klaar. De handeling is afgelopen.
  • De voltooide tijd bestaat uit twee delen:
  1. Het eerste werkwoord is meestal een vorm van hebben en af en toe zijn. Dit noemen we een hulpwerkwoord.
  2. Het tweede werkwoord is het voltooid deelwoord. Dit zijn vormen als gewoond, gewerkt, gegeten, geslaagd en gegaan. 

Slide 3 - Slide

Ik heb gewerkt- wij hebben gewoond
Wil je praten over vroeger? Dan gebruik je de voltooide tijd.

Vroeger heb ik in Turkije gewoond. ( wonen)
Gisteren heb ik patat gegeten. ( eten)
Tijdens de vorige les heb ik gerekend. ( rekenen)





Slide 4 - Slide

Wanneer gebruik je een t of een d?
  1. Kijk naar het hele werkwoord. Haal -en weg en dan heb je de ik-vorm.
  2. Kijk naar de laatste letter. Staat de laatste letter in de medeklinkers van SoFTKeTCHuP, dan krijgt de voltooide tijd een t. Staat de laatste letter daar niet in, dan krijgt de voltooide tijd een d. 

Slide 5 - Slide

Een aantal voorbeelden:
Werken:
ik-vorm: werk
Staat de k in SoFTKeTCHuP?

Wonen
ik-vorm: woon
Staat de n in SoFTKeTCHuP?

Slide 6 - Slide

poetsen
luisteren
Voltooid deelwoord met t
(SoFTKeTCHuP)
Voltooid deelwoord met d
groeten
rennen
horen
vragen
wandelen
maken
fietsen
pakken
tekenen
leren

Slide 7 - Drag question

Wat is het voltooid deelwoord van luisteren?

Slide 8 - Open question

Wat is het voltooid deelwoord van horen?

Slide 9 - Open question

Wat is het voltooid deelwoord van ruilen?

Slide 10 - Open question

Wat is het voltooid deelwoord van vieren?

Slide 11 - Open question

Wat is het voltooid deelwoord van wandelen.

Slide 12 - Open question

Wat is het voltooid deelwoord van
afwassen?

Slide 13 - Open question

Wat is het voltooid delwoord van
opbellen

Slide 14 - Open question

Wat is het voltooid deelwoord van
schoonmaken?

Slide 15 - Open question

Let op!
Werkwoorden met een z of een v, maak je anders.
reizen - gereisd
grazen - gegraasd
leven - geleefd
beven - gebeefd


Slide 16 - Slide