Inspirerend, verbindend en nieuwsgierig
Een leven lang leren

Zinnen maken met ....

1 / 12
next
Slide 1: Slide
NT2MBOStudiejaar 1

This lesson contains 12 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 20 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Zinnen maken met ....
Maak steeds een zin met het woord ...
Gebruik minimaal 5 woorden.
Bijvoorbeeld: 'kaas'
Zin: Ik eet een broodje met kaas.

Slide 2 - Slide

Maak een zin met TOMAAT
Gebruik minimaal 5 woorden.

Slide 3 - Open question

Maak een zin met LEKKER
Gebruik minimaal 5 woorden.

Slide 4 - Open question

Maak een zin met ARM
Gebruik minimaal 5 woorden.

Slide 5 - Open question

Maak een zin met ZIEKENHUIS
Gebruik minimaal 6 woorden.

Slide 6 - Open question

Maak een zin met HUIS
Gebruik minimaal 6 woorden.

Slide 7 - Open question

Maak een zin met DOCENT
Gebruik minimaal 6 woorden.

Slide 8 - Open question

Maak een zin met TAART
Gebruik minimaal 7 woorden.

Slide 9 - Open question

Maak een zin met VRIEND
Gebruik minimaal 7 woorden.

Slide 10 - Open question

Maak een zin met APOTHEEK
Gebruik minimaal 7 woorden.

Slide 11 - Open question

KLAAR!
Ga nu verder met werken in je boek of op de computer.

Slide 12 - Slide