Inspirerend, verbindend en nieuwsgierig
Een leven lang leren

Vraagzinnen

Vragen stellen
Hoe maak je een vraag?

1. Je start met een vraagwoord (TC A1 thema 1.14+2.5+4.8)

2. Je start met een werkwoord (TC A1 thema 4.11)
1 / 21
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo lwooLeerjaar 1

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Vragen stellen
Hoe maak je een vraag?

1. Je start met een vraagwoord (TC A1 thema 1.14+2.5+4.8)

2. Je start met een werkwoord (TC A1 thema 4.11)

Slide 1 - Slide

Wie ?


Wie is jouw docent?
Wie loopt daar?
Wie gaat er mee voetballen?
Wie weet het antwoord?

Slide 2 - Slide

Wat? 


Wat doe jij vanavond?
Wat ga je straks eten?
Wat wil jij worden?

Slide 3 - Slide

Waar? 


Waar woon jij?
Waar kom jij vandaan?
Waar kan ik mijn jas ophangen?
Waar ligt de puntenslijper?

Slide 4 - Slide

Hoe? 


Hoe ga jij naar huis?
Hoe laat is het?
Hoe wilt u de koffie?
Hoe maak je deze som?

Slide 5 - Slide

Wanneer? 


Wanneer ga jij naar voetbal?
Wanneer zijn we klaar?
Wanneer is het vakantie?

Slide 6 - Slide

Welk ?


Welke broek vind jij mooi?
Welke tas is van jou?
Welk huisdier hebben jullie?

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Video


........ laat is het?
A
Waar
B
Wie
C
Hoe
D
Wanneer

Slide 9 - Quiz

....... ga je naar huis?
A
Hoe
B
Wanneer
C
Waar
D
WIE

Slide 10 - Quiz

........ is die jongen?
A
Waar
B
Wie
C
Wanneer
D
Welke

Slide 11 - Quiz

........ gaat er mee vanavond?
A
Waar
B
Wie

Slide 12 - Quiz

........ dag is het vandaag?
A
Wie
B
Welke

Slide 13 - Quiz

....... kost deze fiets?
A
Wat
B
Waar

Slide 14 - Quiz

......heeft die bal gegooid?
A
Wie
B
Waar

Slide 15 - Quiz

..................dag is het vandaag?
A
Wie
B
Welke

Slide 16 - Quiz

De volgorde van de vraagzin.
Peter gaat naar school.
Waar gaat Peter naar toe?


Ik koop een broek.
Wat koop ik?




Slide 17 - Slide

Wie heeft er nog een vraag?

Slide 18 - Slide

Ga naar Diglin 

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Link

Slide 21 - Video