This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.
Items in this lesson
Hij heeft de ... tong van de wereld.
A
kortste
B
langste
C
mooiste
D
langer
Slide 1 - Quiz
De kat kan het ... springen in de wereld.
A
verder
B
kortste
C
verste
D
dichtbij
Slide 2 - Quiz
De vrouw is ... dan Fethawit.
A
sterker
B
sterkste
C
zwakker
D
zwakste
Slide 3 - Quiz
De ... vrouw in de wereld is 2meter31.
A
dikste
B
kleinste
C
kortste
D
grootste
Slide 4 - Quiz
De snor van Evan is ... dan de snor van de man rechts.
A
kort
B
kortste
C
korter
D
langer
Slide 5 - Quiz
De vrouw hoepelt met de ... hoepels in de wereld.
A
veel
B
weinig
C
meeste
D
minste
Slide 6 - Quiz
De ... pizza in de wereld is 1,8km.
A
mooiste
B
lekkerste
C
langste
D
kortste
Slide 7 - Quiz
De voeten van Rasool zijn ... dan de voeten van de man links (maat 68).
A
groter
B
kleiner
C
grootste
D
kleinste
Slide 8 - Quiz
Slide 9 - Video
Het weer
Wat is jouw favoriete seizoen?
Hou jij van regen? Hou jij van de zon?
Wat voor weer is het in jouw geboorteland?
Wat vind jij van het weer in Nederland?
Slide 10 - Slide
Wat voor weer is het vandaag?
Slide 11 - Mind map
In Nederland regent het veel.
En in jouw geboorteland?
In de zomer is het in Nederland warm. Hoe is de zomer in jouw geboorteland?
Slide 12 - Slide
In de herfst is er veel wind. De blaadjes vallen van de bomen.
Ik zie bliksem en ik hoor donder. Ik ben niet bang van onweer. Ben jij bang?
Slide 13 - Slide
In de winter vriest het soms. In Nederland vriest het een beetje.
Het sneeuwt soms in januari, februari, maart of april.
Slide 14 - Slide
's Morgens en 's avonds is er mist.
In de lente is het mooi weer. Het is fris, de zon schijnt en de lucht is blauw.
Slide 15 - Slide
Extreem weer
In Nederland stormt het soms. In de zomer was er een hittegolf.
In andere landen heb je soms ook extreme weersomstandigheden: een tsunami, een brand, een aardbeving, ... Soms vluchten mensen uit hun land door het weer.