3 Verhoudingen - SCORE Rekenen, verhoudingen, procenten, decimaal getal, verhoudingsgetal, context

• Rekenen
• Middelbare school
• vmbo, mavo
• Leerjaar 1,2

Introduction

Rekencursus Methode: SCORE Rekenen 1F Verhoudingen Uitleg, voorbeelden, instructie, oefenen en nabespreken

Instructions

Inhoud:

1. Breuken en procenten

2. Procenten als decimaal getal

3. Rekenen met procenten

4. Procenten in een verhaalsom 

5. Rekenen met een verhoudingstabel

              Rekencursus

              Breuken, procenten 
              en decimalen

Verhoudingen 1F

In deze cursus:

1. Breuken en procenten

2. Procenten als decimaal getal

3. Rekenen met procenten

4. Procenten in een verhaalsom 

5. Rekenen met een verhoudingstabel

Waarbij gebruik je procenten?

1. Breuken en procenten

In de vorige cursus is besproken wat breuken en procenten zijn en hoe je daarmee rekent.

Weet je het nog?

Om te weten

10% = 1/10 (één tiende)

20% = 1/5 (één vijfde)

25% = 1/4 (één vierde, kwart)

50% = 1/2 (één tweede, helft)

75% = 3/4 (drie vierde, drie kwart)

Zet 60% om in een breuk.

Je mag ook meteen vereenvoudigen:

6/10 = 3/5

2. Procenten als decimaal getal

Procenten kun je als decimaal getal schrijven, 

maar wat hebben breuken, procenten en decimale getallen eigenlijk met elkaar te maken?

Bekijk het filmpje!

Tip

Rekenen met procenten gaat makkelijker als je weet welke breuken en decimale getallen bij de percentages horen. 

Leer het volgende rijtje uit je hoofd!

Om te onthouden...

10% = 1/10 = 0,10

20% = 1/5 = 0,20

25% = 1/4 = 0,25

50% = 1/2 = 0,50

75% = 3/4 = 0,75

Wat is het juiste antwoord?
10% = 1/10 = ?

1. 0,11
2. 0,10
3. 0,01
4. 0,011

3. Rekenen met procenten

Weet jij hoe je moet procenten moet rekenen?

Voorbeeld

Bij procenten ga je uit van 100.

25% betekent '25 van de honderd'

Dat is een vierde deel (1/4).

25% van 80 is dan 80 : 4 = 20.

20% is eigenlijk 100 : 5 (een vijfde deel).

20% van 200 is dan 200 : 5 = 40.

Jelle krijgt 20% korting op een broek van € 60,-. Hoeveel korting krijgt hij?

4. Procenten in een verhaalsom

Procenten kunnen in verhaalsommen voorkomen. 

Weet jij hoe je dat aanpakt? 

Voorbeeld

Daisy gaat winkelen. Zij krijgt op de jas die ze

koopt 25% korting en op de broek 50% korting. 

De jas kostte eerst € 160,- en de broek € 90,-.

Hoeveel euro moet Daisy betalen?

Voorbeeld (vervolg)

25% van € 160,- = € 40,-

50% van € 90,- = € 45,-

€ 120,- + € 45,- = € 165,-

Daisy moet € 165,- betalen.

Gea moet 80% van de prijs betalen.
Ze betaalt nu € 100,-.
Wat was de originele prijs?

1. € 125,-
2. € 150,-
3. € 75,-
4. € 25,-

4. Rekenen met een verhoudingstabel

Aan de hand van een verhoudingstabel

kun je makkelijker rekenen. Weet jij hoe je

hier gebruik van maakt?

Bekijk het filmpje!

Als je in de verhoudingstabel aan de bovenkant met 3 vermenigvuldigt, waarmee vermenigvuldig je dan aan de onderkant?

Je hebt nu geleerd over:

• Breuken en procenten
• Hoe je met breuken en procenten rekent
• Hoe je met een verhoudingstabel rekent

Oefen hiermee in SCORE.

Nabespreking

Hoe ging les 2?

Wat ging goed? Wat bleek lastig?

Leerlingen: bekijk je cirkels.

Docent: zie volgsysteem - detailscherm.

Welke vragen heb je nog?