Inspirerend, verbindend en nieuwsgierig
Een leven lang leren

Hypochondrie

Hypochondrie
1 / 24
next
Slide 1: Slide
WelzijnMBOStudiejaar 2

This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Hypochondrie

Slide 1 - Slide

Leerdoelen
- De student beschrijft de definitie van Hypochondrie
- De student reproduceert de oorzaken voor Hypochondrie
- De student benoemt de 8 symptomen van Hypochondrie
- De student beschrijft de gevolgen van hypochondrie
- De student reproduceert de behandeling voor Hypochondrie

Slide 2 - Slide

Hypochondrie

Slide 3 - Slide

Theorie in het kort

Slide 4 - Slide

Wat is hypochondrie
= Ziekte-angst 
- Je bent vooral bezorgd over het hebben of krijgen van een ernstige ziekte. 
- Belangrijk hier is dus dat er geen lichamelijke klachten aanwezig zijn, of 
   alleen in lichte mate. 
- Daarnaast controleert iemand zichzelf heel vaak op het voorkomen van 
   tekenen van ziekte op het lichaam en vermijdt iemand bijvoorbeeld 
   ziekenhuizen of doktersafspraken.

Slide 5 - Slide

Bij hypochondrie heb je angst om ...
A
spinnen tegen te komen
B
een ziekte te hebben
C
over grote pleinen te lopen
D
van de berg te vallen

Slide 6 - Quiz

Oorzaken hypochondrie
- Niet één duidelijke oorzaak. 
     - Erfelijkheid speelt hierin mogelijk een rol. 
     - De omgeving waarin je bent opgegroeid 
     - Eerdere ervaringen met ziekten 

Slide 7 - Slide

Wat is GEEN oorzaak van hypochondrie?
A
erfelijkheid
B
omgeving
C
gezondheid
D
ervaring

Slide 8 - Quiz

Hypochondrie symptomen
- last hebben van pijntjes of jeuk. 

- hartkloppingen, transpireren, koude rillingen, duizeligheid, beven;
- benauwdheid, een vervelend gevoel op de borst;
- tintelingen of een doof gevoel in handen en/of voeten;
- droge mond, misselijkheid, maagklachten, braken of diarree;
- hoofdpijn, rood worden, flauwvallen;
- het gevoel niet meer te weten wie of waar je bent;
- het gevoel dat je de controle over jezelf verliest, gek wordt of doodgaat.

Slide 9 - Slide

Wat is GEEN symptoom van hypochondrie?
A
Koorts
B
Misselijkheid
C
Hartkloppingen
D
Pijntje, jeuk

Slide 10 - Quiz

Gevolgen van hypochondrie
- Hypochondrie kan een leven erg beïnvloeden. 
- Het kost veel energie om continu bezig te zijn met pijntjes en te piekeren over gezondheid. 
- Doordat hij steeds maar een ziekte wilt uitsluiten kan het zijn dat ze vaak een afspraak bij de 
   dokter maakt, of veel tijd besteedt aan het zoeken naar symptomen en het checken van hun
   lichaam. Een doktersbezoek stelt misschien tijdelijk gerust maar het duurt vaak niet lang 
   voordat de angst weer terug is.

- Het kan ook zijn dat relaties, werk en dagelijks functioneren hieronder gaan lijden. 
- Het komt bij hypochondrie soms ook voor dat ziekenhuisbezoeken en afspraken bij de 
   huisarts  juist worden vermeden. Hierdoor kun hij juist te maken krijgen met 
   gezondheidsproblemen; dat waar hij zo bang voor is.

Slide 11 - Slide

Behandeling
Hypochondrie is goed te behandelen. 
- Dat begint al met het begrijpen van de klacht en uitleg te krijgen over wat er aan de hand is. 
- Met een psycholoog tot inzicht komen welke zorgen en gedachten precies beangstigen. 
- Samen met de cliënt aan de slag om deze te vervangen door vaak realistischere, minder 
   beangstigende gedachten. Met de juiste begeleiding kun je dit heel goed iemand aanleren.

- Het is goed om te weten dat hypochondrie een angststoornis is. 
- Het uitsluiten van ziektes door artsen heeft vaak weinig effect. 
- Veel mensen met hypochondrie vertrouwen de uitslagen van dergelijke onderzoeken niet, of 
    voelen zich maar tijdelijk beter. 
- Cognitieve gedragstherapie bij een psycholoog is vaak wel erg effectief, ook op de lange 
   termijn.

Slide 12 - Slide

Wat heeft een meestal een goed effect als behandeling?
A
Cognitieve bewegingstherapie
B
Cognitieve gedragstherapie
C
Subjectieve bewegingstherapie
D
Objectieve gedragstherapie

Slide 13 - Quiz

Hypochondrie test
Pak een pen en papier voor deze test

Het zijn 6 vragen. Schrijf de letter op die voor het voor jou kloppende antwoord staat.
Daar komt ie....

Slide 14 - Slide

Vraag 1: Als ik me een dagje niet lekker voel, dan:
A) ga ik meteen Googlen naar informatie over mogelijke ziektes. Ik krijg 
     hartkloppingen en ga zweten bij de eerste resultaten die ik tegenkom.
  

C) vind ik dat ik me niet moet aanstellen en ga ik door met waar ik mee bezig 
     was.

B) deel ik het met mijn omgeving om vraag ik om raad.

Slide 15 - Slide

Vraag 2: Tijdens de quarantaine…
C) voelde ik me opgesloten en geïrriteerd. Aan de griep gaan toch ook mensen dood?


A) waren de keren dat ik naar buiten ging op één hand te tellen. Ik ging niet naar buiten als het 
     niet hoefde en bestelde mijn boodschappen online. Stel je voor dat er iemand per ongeluk in 
     je gezicht hoest…

B) hield ik me aan de regels en waste ik mijn handen wat vaker dan normaal. 
     Maar ik bleef ook mijn eigen gezonde verstand gebruiken. Een dag niet 
     naar buiten is een dag niet geleefd. 

Slide 16 - Slide

Vraag 3: Bij de dokter… (veelvuldig doktersbezoek)
B) kom ik pas, als ik mijn klachten eerst een tijdje heb aangekeken. Vaak gaan deze na een paar 
     dagen vanzelf weer over. Zo nee, dan bel ik de huisarts om er even naar te laten kijken. Hij 
     heeft er immers voor gestudeerd toch?

A) loop ik de deur plat. Ik maak meteen een afspraak wanneer ik iets vreemds voel aan mijn 
     lichaam, want stel je voor. Als de huisarts me naar huis stuurt met de boodschap dat er niks 
     aan de hand is, ben ik er vaak nog steeds niet gerust op.

C) kom ik zelden. Ik ben – afkloppen – haast nooit ziek. Kleine kwaaltjes behandel ik met huis-, 
     tuin en keukenmiddelen.

Slide 17 - Slide

Vraag 4: Van programma’s als Over mijn lijk of Trauma Centrum…
B) raak ik geobsedeerd. Ik vind het super interessant en tegelijkertijd ook confronterend. Ik 
     neem me voor om gezond te eten en te genieten van iedere dag, want het leven is dus niet 
     vanzelfsprekend.

C) raak ik snel afgeleid. Ik kijk liever een spelquiz of een goede Hollywood-film.

A) ben ik nog maanden van de kaart. Als zij onverhoeds baarmoederhalskanker krijgen, hoezo ik 
    dan niet? Ik heb stiekem mijn eigen begrafenis al gevisualiseerd.

Slide 18 - Slide

Vraag 5: Mijn ouders waren vroeger…
A) overbezorgd. Dat kwam waarschijnlijk omdat een familielid ernstig ziek is geweest en zij 
     daardoor extra op hun hoede waren. Ik heb dat overgenomen.

B) heel reëel wat betreft ziek zijn. Als je te beroerd was om naar school te gaan, bleef je thuis 
     totdat je uitgeziekt was. Voelde je je slechts belabberd? Dan werden we door onze ouders 
     aangespoord om de schouders eronder te zetten en sterk te zijn.

C) niet echt bezig met hoe ik me voelde. Ze leerden me mijn eigen boontjes doppen en lieten 
     me mijn eigen keuzes maken.

Slide 19 - Slide

Vraag 6: Ik slaap…
C) direct zodra ik m’n kussen raak. Zzzzz…

A) slecht. Ik kom moeilijk in slaap omdat ik lang aan het piekeren ben.

B) meestal binnen een uurtje in. Af en toe word ik wakker omdat ik naar de 
     wc moet. Echte slaapproblemen ken ik niet.

Slide 20 - Slide

Welke letter had je het vaakst, A, B of C

Slide 21 - Mind map

Uitslag
Meeste A?
Je bent een overduidelijk geval van een hypochonder en bij elk pijntje in je lichaam gaan bij jou de alarmbellen rinkelen. Op momenten dat de angst overheerst, kun je klachten krijgen als misselijkheid, hartkloppingen of het gevoel de controle over jezelf te verliezen. Het kan helpen om per dag je angstige momenten op te schrijven. 
Bekijk eens kritisch of je angstgedachten wel kloppen en of er echt reden is voor paniek. Vaak is dit niet het geval.

Slide 22 - Slide

Oefening Hypochondrie
Maak een flyer voor mensen met Hypochondrie waarin je tips geeft bij de angststoornis Hypochondrie.

Deze lever je in op Teams.

Je werkt alleen of in tweetallen.

Slide 23 - Slide

Tips & Tops

Slide 24 - Slide