Inspirerend, verbindend en nieuwsgierig
Een leven lang leren

Lj2_BIOT_Micro_Quiz

1 / 20
next
Slide 1: Slide
BiologieMBOStudiejaar 2

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes and text slide.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Voedselinfectie
Voedselvergiftiging
door toxinen
door MO zelf
korte incubatietijd
incubatietijd tot aan een week
bestrijdingsmiddelen
kolonisatie in darmen
verstoring darmflora
verstoring biochemische processen in darm
Escherichia coli
Staphylococcus aureus

Slide 2 - Drag question

This item has no instructions

Wat betekent MID?
A
Meet & InspectieDienst
B
minimale infectieuze dosis
C
minimale hoeveelheid MO dat een mens ziek kan maken
D
minimale toxische dosis

Slide 3 - Quiz

This item has no instructions

Wat bedoelen we
met YOPI?

Slide 4 - Mind map

This item has no instructions

Omschrijf het woord
'Virulentie'

Slide 5 - Open question

This item has no instructions

Kwaliteitsnormen van een product zijn :
A
afkeuringsgrenzen voor aanwezigheid MO
B
Protocollen binnen een microbiologisch lab
C
Hoe een product moet worden geconsumeerd
D
afkeuringsgrenzen voor afwezigheid MO

Slide 6 - Quiz

This item has no instructions

De maximaal toelaatbare hoeveelheid MO in een product bepaal je met:
A
Gramkleuring
B
Kiemgetalbepaling
C
Bonte rij
D
Grensreactie

Slide 7 - Quiz

This item has no instructions

Welke grens is het strengst?
A
100 mg
B
1 gram
C
100 gram
D
1 kilogram

Slide 8 - Quiz

This item has no instructions

Een (verhoogde) aanwezigheid van een indicatororganisme
A
wijst op aanwezigheid van pathogenen
B
kan komen door slechte hygiene door personeel
C
kan een indicatie zijn voor aanwezigheid van toxinen
D
kan komen door fecale besmettingen

Slide 9 - Quiz

This item has no instructions

Benoem de vijf stappen van een kiemgetalbepaling

Slide 10 - Open question

Uitgaande van een vast product stap 1 en stap 2 doorlopen. Indien het product vloeibaar is starten bij stap 3.
Vloeibaar maken van een vast product – aan een afgepaste hoeveelheid (in gram) aseptisch genomen product een 9-voudige hoeveelheid verdunningsvloeistof toevoegen (FZ, PFZ, BPW).
Product in verdunningsvloeistof suspenderen mbv stomacher.
10 voudige verdunningsreeks maken (tot ca. 10-6 ) indien er geen voorkennis is van het mogelijke aantal m.o. per g of ml.
Het monster en de verdunningen in petrischalen pipetteren (2 voud = betrouwbaarheid!); of 0,1 ml op gedroogde agar strijken mbv een drigalski spatel (spreidplaten/strijkplaten) of 1 ml in lege schalen pipetteren waarop handwarme (50°C) agar wordt gegoten (gietplaten/mengplaten). Meestal selectieve media!!!!
Per verdunning het aantal kolonies tellen (na incubatie) en kiemgetal berekenen naar het aantal m.o. per gram (vast product) of per ml (vloeibaar product). TELCRITERIA (betrouwbaarheid!)

Hoeveel verdunningsvloeistof voeg je toe bij 10 g gehakt als ik een tienvoudige verdunning wil maken?
A
10 g
B
90 g
C
100g
D
90 ml

Slide 11 - Quiz

This item has no instructions

Betrouwbaarheidscriteria
kiemgetalbepaling

Slide 12 - Mind map

This item has no instructions

Geef het kiemgetal S. aureus in gehakt.
RPF plaat waarop 70 kolonies op de 10-2 plaat zijn geteld.
(is dit een spreidplaat of gietplaat?).0

Slide 13 - Open question

70 * 10^2 * 10 = 7,0 * 10^4 kve/g
Waarom is er sprake van een bovengrens (max aantal getelde kiemen) waarboven geen kiemgetal mag worden opgegeven?
A
Je maakt gauw fouten bij het tellen als er teveel mo op een plaat aanwezig zijn
B
Niet alle kiemen komen tot ontwikkeling van een kolonie door competitie
C
Het is veel te tijdrovend voor de analisten
D
vinden we leuk

Slide 14 - Quiz

This item has no instructions

Met welke plaat isoleer je bacteriën van de Enterobacteriaceae familie
A
PCA
B
RPF
C
BGA
D
VRBG

Slide 15 - Quiz

This item has no instructions

Wat hoort niet bij een grensreactie?
A
Het ongewenste MO pathogeen is
B
Het is een kwantitatieve bepaling
C
Het gaat over afwezigheid van MO in een levensmiddel
D
Ophopen

Slide 16 - Quiz

This item has no instructions

Waarvoor staat de afkorting BGA (isolatieplaat bij Grensreactie - Salmonella in kip)

Slide 17 - Open question

Brilliant green agar
Wat is het verschil tussen selectieve en electieve componenten?

Slide 18 - Open question

Selectief medium
Een medium waarop alleen het gezochte organisme groeit en terwijl het stoorflora en begeleidingsflora remt – Een medium is selectief door zgn selectieve componenten.
 Anorganische zouten
 Kleurstoffen - Kristalviolet – Briljant groen
 Oppervlakte actieve stoffen - Galzouten
 Antibiotica
 Moeilijke energiebron – lactose
Electief medium
Een medium waarop het gezochte organisme door uiterlijke kenmerken te onderscheiden is van stoorflora en begeleidingsflora – Een medium is electief door zgn electieve componenten.
 Zuurvorming uit koolhydraat + pH indicator
 Basevorming uit aminozuur + pH indicator
 Esculinesplitsing
 Telluriet
 Sulfiet
 Eierdooier
 Chromogeen substraat

Wat zijn electieve componenten in het MacConkey medium?
A
Telluriet en fibrinogeen
B
Coagulase en lithiumchloride
C
Neutraalrood en glucose
D
Gal en kristalviolet

Slide 19 - Quiz

This item has no instructions

Wat zijn de selectieve componenten in het VRBG medium?
A
Telluriet en fibrinogeen
B
Coagulase en pepton
C
Neutraalrood en glucose
D
Gal en kristalviolet

Slide 20 - Quiz

This item has no instructions