Inspirerend, verbindend en nieuwsgierig
Een leven lang leren

2M Les 34 04.04.22

Willkommen
04.04.22
1 / 11
next
Slide 1: Slide
DuitsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

This lesson contains 11 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Willkommen
04.04.22

Slide 1 - Slide

Absprachen
- Aan het begin van de les doe je de telefoon in de telefoontas en ga je rustig naar je plaats. 
- Zodra je op je plek zit leg je je spullen op tafel. 
- Tijdens de les doe je actief mee 
- Je luistert naar elkaar (en praat niet door de ander heen). 
- Je houdt het lokaal netjes. 
- Aan het einde van de les pak je je tas in wanneer de docent aangeeft dat je je tas mag inpakken. 
- Je zorgt ervoor dat je je werkplek/ het lokaal netjes achterlaat: evt. rommel gooi je weg en je schuift je stoel aan/zet de tafel recht. 
- Je verlaat het lokaal wanneer de bel is gegaan. 

Slide 2 - Slide

Planung
- Filmtoets
- Herhalen Grammatik 
- Oefenen voor PW 

Slide 3 - Slide

Filmtoets
Meld je eerst aan bij de klas via de klascode:

Ga naar LessonUp en vul dan de klascode in:
lksdb 

Slide 4 - Slide

Wiederholung Grammatik
S14-S17

Slide 5 - Slide

4e naamval: 
mannelijk
vrouwelijk
onzijdig
meervoud
1e naamval (onderwerp)
der Mann
die Frau
das Kind
die Freunde
4e naamval (lijdend voorwerp)
den Mann
die Frau
das Kind
die Freunde
1e naamval (onderwerp)
ein Mann
eine Frau
ein Kind
(keine Freunde)
4e naamval (lijdend voorwerp)
einen Mann
eine Frau
ein Kind
(keine Freunde)

Slide 6 - Slide

Grammatik: Voorzetsels met de 4e naamval
Na sommige voorzetsels worden de 4e naamval gebruikt -->

Ezelsbruggetje:
DOFE GUB
Durch
door
ohne
zonder
für
voor
entlang
langs
gegen
tegen
um
om
bis
tot 

Slide 7 - Slide

Grammatik bezittelijk voornaamwoord 1e naamval
Bezittelijk voornaamwoord NL
Mannelijk
Vrouwelijk
Onzijdig 
Meervoud
mijn
mein
meine
mein
meine
jouw
dein
deine
dein
deine
zijn
sein
seine
sein
seine
haar
ihr
ihre
ihr
ihre
ons/onze
unser
unsere
unser
unsere
jullie
euer
euere/eure
euer
euere/eure 
hun
ihr
ihre
ihr
ihre
uw
Ihr
Ihre
Ihr
Ihre 

Slide 8 - Slide

Grammatik bezittelijk voornaamwoord 4e naamval
Bezittelijk voornaamwoord NL
Mannelijk
Vrouwelijk
Onzijdig 
Meervoud
mijn
meinen
meine
mein
meine
jouw
deinen
deine
dein
deine
zijn
seinen
seine
sein
seine
haar
ihren
ihre
ihr
ihre
ons/onze
unseren
unsere
unser
unsere
jullie
eueren
euere/eure
euer
euere/eure 
hun
ihren
ihre
ihr
ihre
uw
Ihren
Ihre
Ihr
Ihre 

Slide 9 - Slide

Lernen für die Prüfung
Zie SOM 5 april voor de Quizlet-linkjes 

Slide 10 - Slide

Abschluß
Viel Erfolg bei der Prüfung!

Slide 11 - Slide