Inspirerend, verbindend en nieuwsgierig
Een leven lang leren

Les 2 Heleen

1 / 6
next
Slide 1: Slide
loopbaanbeleidingMBOStudiejaar 4

This lesson contains 6 slides, with interactive quiz and text slides.

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Hoe zit je erbij vandaag?

Slide 2 - Open question

This item has no instructions

Slide 3 - Slide

1,2,3,4,5 (concentratie)
Deze opdracht kun je het beste doen in een lege ruimte. Je zegt tegen de kinderen dat ze een bepaalde handeling moeten uitvoeren, als jij het getal 1 noemt.
Bijvoorbeeld: “Als ik 1 zeg, gaan jullie allemaal zitten, 1”. De kinderen gaan nu allemaal zitten. Vervolgens geef je een nieuwe instructie voor het getal 2 en herhaal je het getal 1.
Bijvoorbeeld: “Als ik 2 zeg raak je iets roods aan. 2”. De kinderen raken iets roods aan. “1”. De kinderen gaan allemaal zitten.
Zo verzin je voor elk getal t/m 5 een handeling. Als je elk getal hebt behandeld, roep je alleen nog maar getallen. Maar nu hussel je de getallen door elkaar. Bijvoorbeeld: 5, 3, 4, 3, 1, 2, 1, 5, 5, 2, 3, 2.
Aandachtspunten:
Wissel de getallen af in tempo. Noem het volgende getal soms snel en dan weer langzaam.
Wees creatief in het verzinnen van de handelingen. Je kunt leerlingen laten rennen, springen, rollen en bukken, maar je kunt ze net zo goed een lied laten zingen of laten doen alsof het bloedheet is. Je kunt er ook voor kiezen, de opdrachten te laten aansluiten op de rest van de les. Stel je les gaat over emoties, dan kan een opdracht zijn: barst in janken uit.

Op volgorde

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Over de streep light

Slide 5 - Slide

verdere kennismaking met luchtige vragen
zie bestandje, uitprinten
2 waarheden, 1 leugen
timer
2:00

Slide 6 - Slide

Studenten krijgen pen en papier. Hier krijgen ze een paar minuutjes om twee waarheden en één leugen op te schrijven.
Optie 1:
In groepjes in gesprek gaan en één op één iemand aan de beurt te laten zijn, waarbij ze erachter moeten komen d.m.v. vragen stellen wat de leugen is. Diegene die aan de beurt is, moet dus een zo goed mogelijke pokerface laten zien en acteren, zodat de leugen niet gevonden wordt.
Optie 2:
Klassikaal. Eén iemand is aan de beurt en noemt zijn geschreven zinnen op. Daarna mogen de andere klasgenoten twee minuten vragen stellen, om erachter te komen wat de leugen is. Vervolgens mag iedereen één voor één raden. Diegene die aan de beurt is krijgt punten voor het aantal studenten wat het niet goed had. Diegene die aan de beurt is moet dus een soort van toneelspelen, zodat de anderen er niet achter komen.
Aan het einde kijken wie er gewonnen heeft.