What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
Inspirerend, verbindend en nieuwsgierig
Een leven lang leren
Visit the website
‹
Return to search
Proeftoets werkwoordspelling
Proeftoets werkwoordspelling 1mh
1 / 21
next
Slide 1:
Slide
Nederlands
Middelbare school
mavo, havo
Leerjaar 1
This lesson contains
21 slides
, with
interactive quizzes
and
text slide
.
Lesson duration is:
30 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Proeftoets werkwoordspelling 1mh
Slide 1 - Slide
De burgemeester ...... (beantwoorden) de brief.
A
beantwoord
B
beantwoordt
C
beantwoorden
D
beantwoort
Slide 2 - Quiz
(houden)........ jij van spruitjes?
A
houd
B
houdt
C
hout
D
houden
Slide 3 - Quiz
De familie ………(rijden) met de auto naar de Efteling.
A
rijd
B
rijdt
C
rijden
D
rijt
Slide 4 - Quiz
Te veel eten (schaden-tt) de gezondheid.
Slide 5 - Open question
Kies of het woord dat je invult een persoonsvorm (pv) of een voltooid deelwoord (vd) is en noteer daarna de juiste vorm.
42. pv/vd - Tibbe [betaald/betaalt] voor ons de ijsjes.
Slide 6 - Open question
LEIDEN
VT - De gids ..... ons door de diepe grot
A
leide
B
leiden
C
leidde
D
leidden
Slide 7 - Quiz
doden
VT - De leeuwen ..... het kleine schaap
A
dode
B
doden
C
doodde
D
doodden
Slide 8 - Quiz
Noteer het voltooid deelwoord:
Ik heb de hele avond (dansen)
Slide 9 - Open question
Noteer het voltooid deelwoord:
Weet jij wat daar is (gebeuren)?
Slide 10 - Open question
Zingen
klimmen
zwemmen
fietsen
spelen
grijpen
ruziën
roken
reizen
branden
Slide 11 - Drag question
Noteer de pv verleden tijd:
Vanmorgen (bonzen) de buren keihard op onze deur.
A
bonsden
B
bonsde
C
bonzen
D
bonsen
Slide 12 - Quiz
Noteer de pv verleden tijd:
(beantwoorden) jij dat bericht met een gifje?
A
Beantwoord
B
Beantwoordt
C
Beantwoorde
D
Beantwoordde
Slide 13 - Quiz
Is de persoonsvorm verleden tijd van het werkwoord met -de(n) of met -te(n)?
straffen
A
-de(n)
B
-te(n)
Slide 14 - Quiz
Is de persoonsvorm verleden tijd van het werkwoord met -de(n) of met -te(n)?
uitsloven
A
-de(n)
B
-te(n)
Slide 15 - Quiz
Staat de pv in de vt of tt?
Vandaag ga ik naar school toe.
A
vt
B
tt
Slide 16 - Quiz
Staat de pv in de vt of tt?
Mariska goot water bij de planten in de tuin.
A
vt
B
tt
Slide 17 - Quiz
Wesleys moeder heeft vroeger op hoog niveau geboks….
A
t
B
d
C
dt
Slide 18 - Quiz
Hanna heeft met haar mentor gepraa… over de sfeer in de klas.
Met een d of t? schrijf het hele woord op.
Slide 19 - Open question
Is het werkwoord een persoonsvorm (pv), voltooid deelwoord (vd) of het hele werkwoord (hele ww)?
Mijn opa en oma vergeten mijn verjaardag nooit.
Slide 20 - Open question
Wat voor cijfer haal jij op de toets?
Slide 21 - Mind map