Inspirerend, verbindend en nieuwsgierig
Een leven lang leren

Zorgplan classificatie

Zorgplan

Classificaties 
1 / 24
next
Slide 1: Slide
VerzorgingMBOStudiejaar 1

This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

Zorgplan

Classificaties 

Slide 1 - Slide

Programma
theorie classificatie

Slide 2 - Slide

Aan het einde van de les kan de student:​

  • De 6 stappen van het zorgproces benoemen​
  • Benoemen wie Gordon is en herken je de patronen waarin zij alle levensbehoeftes heeft verdeeld​
  • Benoemen wat de 4 levensdomeinen zijn en wat deze inhouden​
  • In grote lijnen vertellen wat OMAHA is. 



Slide 3 - Slide

Classificaties
Je krijgt tijdens je werk als verzorgende te maken met veel verschillende soorten informatie, zoals:

  • de algemene gegevens van de zorgvrager;
  • informatie over de diagnose van de zorgvrager;
  • informatie over de behandeling van de zorgvrager.
Het is belangrijk dat je alle informatie duidelijk ordent, zodat je een goed overzicht hebt. Om informatie goed te kunnen ordenen, gebruik je classificaties. Een ander woord voor classificatie is indeling. Een classificatie is een hulpmiddel waarmee jij als verzorgende je taken kan uitvoeren en ordenen.

Slide 4 - Slide

Veel gebruikte classificaties
In de gezondheidszorg maken we gebruik van verschillende classificatiesystemen. Veelgebruikte classificatiesystemen in de Nederlandse zorg zijn:

NANDA;
NIC;
NOC
ICF;
Omaha-systeem;
RAIview;
ICNP;
AAIDD;
Schalock/ISS.

Slide 5 - Slide

Majory Gordon ​
Verpleegkundige theoretici en professor
Ordeningsprincipe: de 11 gezondheidspatronen van Gordon ​

De gezondheidspatronen zijn volgens Gordon functioneel omdat ze de gedragingen weergeven van mensen in hun behoefte in het welbevinden. Deze gedragingen zijn er op gericht om individuele en sociale behoeften te vervullen en om het individu zo gezond mogelijk te houden​
Wordt gebruik als standaard anamnese structuur door veel instelling​


Hebben jullie weleens van de gezondheidspatronen gehoord en welke kennen jullie?







Slide 6 - Slide

De gezondheidspatronen van Gordon
1. Patroon van gezondheidsbeleving en instandhouding​

2. Voeding/stofwisselingspatroon​
3. Uitscheidingspatroon​
4. Activiteitenpatroon​
5. Slaap/rustpatroon​
6. Cognitiepatroon​
7. Zelfbelevingspatroon​
8. Rollen/relatiepatroon​
9. Seksualiteit/voortplantingspatroon​
10. Stressverwerkingsptroonc
11. Waarden/overtuiginspatroon 









Slide 7 - Slide

Mevrouw Lucas gebruik een rollator om zich te verplaatsen​​

Onder welk patroon val dit?
A
Gezondheidsbeleving en instandhouding
B
Activiteiten
C
Uitscheiding
D
Stressbeleving

Slide 8 - Quiz

Mevrouw Lucas weegt ongeveer 66KG en is 1 meter en 74 cm lang.​

Onder welk patroon val dit?
A
Gezondheidsbeleving en instandhouding
B
Activiteiten
C
Uitscheiding
D
Stressbeleving

Slide 9 - Quiz

Mevrouw Lucas geeft regelmatig aan dat zij pijn heeft in haar onderrug. ​

Onder welk patroon val dit?
A
Gezondheidsbeleving en instandhouding
B
Cognitie en waarneming
C
Rollen en relatie
D
Waarden en levensovertuiging

Slide 10 - Quiz

De 4 levensdomeinen 
Voor het in kaart brengen van de diagnose en de situatie van de zorgvrager kunnen we gebruik maken van de 4 levensdomeinen. 
Kwaliteit van leven kan worden opgedeeld in 4 levensdomeinen, die de basis vormen van het zorgleefplan.​

  1. Lichamelijk welbevinden​
  2. Mentaal welbevinden​
  3. Woon- en leefomstandigheden ​
  4. Participatie 



Slide 11 - Slide

Mevrouw Pieters is 84 jaar oud, weegt 57kg en is 1.68m lang. ​​

In welk levensdomein hoort dit?
A
Lichamelijk welbevinden
B
Mentaal welbevinden
C
Woon- en leefomstandigheden
D
Participatie

Slide 12 - Quiz

Verschillen in classificaties
Sommige van deze classificatiesystemen kan je gebruiken voor een deel van het zorgproces, zoals de NOC en de NIC. Je kan met classificatiesystemen die over een deel van het zorgproces gaan dus niet alles ordenen. 

Andere classificatiesystemen gaan juist wel over het hele zorgproces, zoals het Omaha-systeem. Het Omaha-systeem kan je wel gebruiken om alle informatie over de zorg van een zorgvrager in één keer te ordenen. 

De verschillende classificatiesystemen werken niet allemaal hetzelfde. Doordat de classificatiesystemen niet hetzelfde werken, kunnen ze elkaar dus niet zomaar vervangen. 

Slide 13 - Slide

3

Slide 14 - Video

01:21
Beschrijft kort wat het Omaha System is

Slide 15 - Open question

01:59
Alle zorg instellingen gebruiken dezelfde classificaties/systemen
A
waar
B
niet-waar

Slide 16 - Quiz

06:09
Wat is subjectief?

Slide 17 - Open question

Wat is het OMAHA-systeem 

Het Omaha System is een classificatie die zorgprofessionals helpt bij het identificeren en vastleggen van aandachtsgebieden, acties en uitkomsten van en voor cliënten.​


Iedere zorgverlener spreekt dezelfde taal. 

Slide 18 - Slide

NANDA systeem
NANDA is het meestgebruikte classificatiesysteem in Nederland.

Slide 19 - Slide

Het NANDA-classificatiesysteem gebruiken we voor het proces van klinisch redeneren
Sinds 2003 worden in de praktijk de NANDA-, NIC- en NOC-systemen vaak samen gebruikt door verpleegkundigen. Als je de NANDA, NIC en NOC samen gebruikt, noemen we dit systeem de NNN-classificatie. Met het NNN-classificatiesysteem kan je een groter deel van het zorgproces classificeren, dan als je maar een van de drie systemen zou gebruiken.

Slide 20 - Slide

De NANDA beschrijft de verpleegkundige diagnoses. Om de diagnoses te kunnen beschrijven heeft de NANDA een PES-opbouw.

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

Opdracht les vanmiddag 
 Kijk naar de 11 gezondheidspatronen van Gordon en breng de huidige gezondheidstoestand van je medestudent in kaart. Achterhaal in welk aandachtsgebied je medestudent problemen ondervindt of eventueel hulp nodig heeft. ​


Maak hier een verhalend verslag van. 
Ik schrijf de 2 tallen op en je bent beide verantwoordelijk voor beide verslagen!

Slide 23 - Slide

Aan het einde van de les kan de student:​

  • De 6 stappen van het zorgproces benoemen​
  • Benoemen wie Gordon is en herken je de patronen waarin zij alle levensbehoeftes heeft verdeeld​
  • Benoemen wat de 4 levensdomeinen zijn en wat deze inhouden​
  • In grote lijnen vertellen wat OMAHA is. 



Slide 24 - Slide